Het isolement van de Yougoslavische jeugdbeweging
door H.U. Jessurun d'Oliveira
Het Amsterdamse studentenweekblad Propria Cures ontvangt een groot aantal periodieken van achter het ijzeren gordijn. Of het poststempel nu Moskva of Praha vermeldt, de naam van P.C. wordt altijd op dezelfde manier verkeerd gespeld, en het verkeerde adres is ook altijd gelijkluidend. Uitzondering: de bladen uit Yougoslavië zijn correct geadresseerd. Dit kleine feitje is al tekenend voor de Yougoslavische onwil om mee te doen met het blok. Maar ook de inhoud van de bladen steekt dit niet onder stoelen of banken. Zelfs het in de engelse taal gestelde, en dus waarschijnlijk voor de export bestemde Youth Life, uitgegeven door de People's Youth of Yougoslavia (P.Y.Y.) toont een onmiskenbare weerbarstigheid zowel tegenover het westen als het oosten.
Anderzijds bestaat de wat naïef aandoende gretigheid om met alle partijen samen te werken. Wanneer men Youth Life doorbladert vindt men naast de volkomen afgedraaide cliché's als ‘goodwill and understanding’, ‘mutual cooperation’ en zulke tierelantijnen meer, op bijna elke bladzij een programmatisch frans woord: rapprochement. De goede wil puilt eruit in lange artikelen als ‘Jonge mensen moeten de vrede nastreven’ (Tito in een pagina-lang antwoord op een eenregelige vraag), ‘Internationale samenwerking van studenten’, ‘Opvoeding en ontspanning door kultuur en kunst’, ‘Samenwerking van Yougoslavië en Afro-aziatische landen en hun jeugd’, ‘Samenwerking der jeugd (Bijdragen tot vrede en vriendschap)’. De tragiek van dit idealisme van de underdog is nu dat de P.Y.Y. zowel in het westen als in het oosten scheef wordt aangekeken: voor de eersten zijn het obstruerende pottenkijkers, voor de tweeden verderfelijke revisionisten.
In de studentenorganisaties is dat heel duidelijk. Zoals men weet zijn er twee grote kartels van nationale studentenorganisaties: de westerse I.S.C. en de communistische I.U.S., die nu al jaren een hardnekkige strijd om de hegemonie voeren, met name tegenover de kortelings zelfstandig geworden landen in Zuid-Amerika, Afrika en Azië. Telkenmale biedt de I.U.S. als tactische manoeuvre een fusie van beide lichamen aan, laatstelijk in december 1958. Het nieuwsblad van de I.U.S. (uitgegeven te Praag, waar ook het bestuur zetelt) gaf op de afwijzing van het voorstel het volgende spijtige commentaar: ‘De achtste I.S.C. liet iedereen zien, dat bij het najagen van internationale samenwerking de machtsgroep daar elk mogelijk procedurekunstje en ondemocratische methodes gebruikte om de mening van deelnemers aan de I.S.C. te onderdrukken’. De P.Y.Y., die in de I.U.S. niet meer geduld, en in de I.S.C. niet geweerd wordt, gaf als zijn mening te kennen dat er teveel beslissingen genomen werden die ‘uitsluitend de belangen van een te verwaarlozen meerderheid(!) beogen te dienen.’ Dit aansluiting zoeken bij het westen en geattakeerd worden door de communistische organisaties, maar tegelijkertijd er niet voor terugdeinzen beide blokken scherp te kritiseren, dat is in een notedop de ondergraven positie van de P.Y.Y.
In hetzelfde nummer van Youth Life waarin de I.S.C. onder een niets ontziende loep wordt genomen (waarbij overigens merkwaardig genoeg ook stelling wordt genomen tegen het naar prestige hakende optreden van delegaties uit koloniale landen, ‘die de positieve tendenzen van de conferentie ernstig fnuiken’) staat een ongezouten repliek tegen een tweetal in de Komsomolskaja Prawda gepubliceerde aanvallen van Russische jeugdleiders. De tegenaanval van een bestuurslid der P.Y.Y. was des te feller, omdat het bestuur van de I.U.S. op de Yougoslavische uitnodiging tot bijwoning van een in januari 1959 gehouden nationaal studentencongres het had laten afweten met een telegram waarin honend de beste wensen aan de Yougoslavische studenten werden overgemaakt.
De artikelen in de Prawda Junior beschuldigden de leiders van de P.Y.Y. van misleiding van hun leden alsook van allerlei griezelige vormen van revisionisme, terwijl bovendien getracht werd om de sterke schommelingen in politieke temperatuur tussen beide landen tot de momenteel passende te egaliseren, wat uiteraard gepaard ging met het verdoezelen van een aantal hinderlijke feiten. Het loont de moeite om een iets langer citaat uit het verontwaardigde antwoord weer te geven, omdat hierin duidelijk de militante vijandigheid der P.Y.Y. jegens het russische blok blijkt.