etappe in iets dat nooit meer helemaal af kan lopen. Zo is het telkens in dit boek: te simpel zelfs voor klassieke eenvoud, maar dan ook nooit minder dan mogelijk en aannemelijk. Ik weet niet hoe men er streng over zou kunnen worden. Het lijkt mij minder goed gelukt dan Bonjour Tristesse dat een onvoorziene persoonlijkheid toonde, of dan Dans un Mois, dans un An dat aan zijn betrekkelijk ingewikkelde structuur een zekere levendigheid ontleende. Dat iemand ooit bij Françoise Sagan een verhelderde visie of een beter begrip verkregen zou hebben, kan ik mij moeilijk indenken, al werden wij indertijd aangemaand om paf te staan dat een jong meisje wel eens een beetje cynisch kan zijn. Alles hangt er van af of haar verhaal leuk in zijn vorm komt. Zo ja, dan is het een geslaagde roman; zo nee, dan veel minder.
Zijzelf heeft nooit bepaald andere verwachtingen gewekt. Hoever wij ook het stadium alweer gepasseerd zijn waarin wij alle succes toeschreven aan minderwaardige inspanningen, niemand kan telkens weer een paar honderdduizend exemplaren verkopen aan een publiek van voornamelijk damesbladlezeressen en televisiekijksters zonder het ze makkelijk te maken. Dat weet iedereen ook wel; het merkwaardige is dat Françoise Sagan toch een reputatie geniet alsof zij iets heel anders gedaan had dan de schrijfsters van Gone with the Wind en Forever Amber. Voor een deel dankt zij die misschien aan haar positie als zegsvrouwe van de moderne jeugd, en verder aan het beeld dat zij van Frankrijk geeft als het land van de elegante en genadeloze liefde, een voorstelling van zaken die Fransen en buitenlanders in gelijke mate welkom is. Daar komt bij dat haar romans prettig kort zijn. Zij staat tegenover Kathleen Winsor als Rivarol tegenover de Duitser die zijn voornaamste mededinger was in de 18e-eeuwse prijsvraag voor een verhandeling over l'universalité de la langue française: een flentertje van een tekst die in zijn geheel gedrukt staat in zo'n schoolboekje op brochure-formaat van Hachette, tegenover duizend zware pagina's.
Nu zij in deze rol al vier keer is opgetreden en ons alleen nog verrasssen kan met dingen die wij niet alleen van een jong meisje niet verwachtten maar ook van niemand anders, wordt haar litteraire bestaan moeilijker. De kritiek kan zich veroorloven te zeggen dat het eigenlijk allemaal niets waard was, zonder voor zuur en afgunstig te worden uitgemaakt. Als het waar is van die bittere psychologie van de massa's, staat het publiek waarschijnlijk gereed om zijn idool van gisteren te vertrappen. Wij moeten haar dan maar een beetje in bescherming nemen, want zij heeft toch nog altijd een talent zonder dubbele bodems, en als zij eens iets nieuws bedenkt staan haar de middelen om het goed uit te drukken grotendeels ter beschikking.