zijn, om niets van de gebeurtenissen buiten te missen. Maar die haast was natuurlijk overbodig, het waren geen gebeurtenissen, het gaat daar zo, elke avond. Dan komen de schepen binnen, het laatst de roeiboten van de oude mannen, die nog maar een eindje de zee op kunnen. Op de trap van de kademuur stonden hun vrouwen al te wachten, zwarte oude vogels die gretig de vangst aanpakken, meestal niet meer dan een blikje inktvissen. Eén heb ik er gezien die ze dadelijk ging tellen.
Gebeurtenissen, ik ben bang dat het leven voor de Ondarreses zelf niet meer gebeurtenis is dan voor Katwijkers of Egmonders.
Discreet, maar met nauwelijks verholen verbazing keken de mannen op de kade mij na toen ik de tweede avond weer langs kwam wandelen. De burgeroorlog, dat was een gebeurtenis, tenminste in de ogen van de jongeren die het zelf niet hebben meegemaakt. Toen ik met een paar van hen stond te praten wezen zij vol trots op een oudere kameraad. Die had het helemaal meegemaakt, communist, drie jaar op de barricades van Bilbao. Maar de held in kwestie wuifde de herinnering met een verlegen gezicht weg, dat was een jeugddwaasheid geweest.
Bijna iedere oudere die men over de burgeroorlog spreekt heeft die reactie. De oorlog zelf, de begrippen in naam waarvan zij hebben gevochten, liggen verkleurd als oude speelkaarten in de drabbige vijver die de vloedgolf van de dertiger jaren hier nog heeft achtergelaten. Het communisme is opgebleekt als het niet gewoon is verdampt, ten minste wanneer ik de mensen die ik tegenkwam mag geloven. Fascisten, echte, zijn er ook haast niet meer. Nou ja, de Falange, maar die heeft nog maar een handjevol leden, wat dwazen en de rest profiteurs. Wat ik ervan gezien heb was inderdaad maar een droevige uitloper van die formidabele beweging. Het geuniformeerde troepje, blijkbaar leden van een jeugdkamp aan de kust, kwam nog wel flink uit de vrachtauto gesprongen en ja, een korte looppas, maar toen was het ook voor de hele dag uit. Hangen over een beek, steentjes in het water gooien of over elkaar heen rollen. Waarom ze daar waren is mij niet duidelijk geworden, misschien waren ze eenvoudig vergeten. Hoe dan ook, hun verveling was beter aan te zien dan hun drukte.
Het speet mij wel Ondàrroa te verlaten, maar misschien was het ook wel weer op tijd. Wie in het eigen land leeft in een substantie zo effen als karnemelkse pap moet hier de eerste keer voorzichtig zijn. Een Amerikaanse die ik daar zag deed het ook heel voorzichtig aan. Zij was gezeten in een hermetisch gesloten Cadillac, die geparkeerd stond onder een groepje schaduwrijke bomen. Zelf was zij voorzien van een donkere bril en de Cadillac op zijn beurt van koel zeegroen glas. Met een gehandschoende hand hield zij een zakdoekje tegen de neus en naast haar op de bank lag een flink pak Kleenex. Zij had gelijk, alleen al de geur van Ondàrroa is de rijkste die men zich kan voorstellen, een uiterst gecompliceerde mengeling van o.a. vis, modder, rijpe en ook nogal wat rotte vruchten, gebakken olijfolie, urine en een enkele dode rat.
*
In Guernica, daar is de burgeroorlog zichtbaar in de tijd te lokaliseren. Bijna alle gebouwen zijn er nieuw, voorzover wij het patin van het tijdvak dat er begonnen is niet oud vinden. ‘Daar kwamen ze vandaan’, zei de man en hij stond van zijn bank op om beter te kunnen aanwijzen. Wij keken langs zijn vingers en zagen gelige, met groene bosjes gespikkelde heuvels die leeg en warm naar de blauwe middaglucht toe klommen. Nee, die wisten van niets. Om half vier, een maandagmiddag 22 jaar geleden, waren ze over die heuvels gekomen, uit zee. Dat was een goed gekozen tijd want dan was er juist markt. Drie uur lang waren er steeds nieuwe vliegtuigen gekomen. Wanneer ze hun bommen hadden weggegooid gingen ze duikvluchten maken om met hun mitrailleurs op de vluchtende bevolking te schieten. Met veel succes, want in die tijd wisten de vrouwen en kinderen, de boeren die uit de streek naar de markt waren gekomen, nog niet dat zij dekking moesten zoeken. Zij gingen dus rennen, blindelings de stad uit. Drieduizend waren er doodgemaakt, zei de man. Hij zelf had zijn broer verloren; iedereen had familie verloren, helemaal of gedeeltelijk. Toen de fascisten waren binnengetrokken hebben zij verteld dat de regeringsvliegtuigen het zelf hadden gedaan en dat hebben zij nog jarenlang volgehouden.
Waar zouden zij wel zijn, die Duitse en Italiaanse vliegers die daar in zulke realistische omstandigheden hebben mogen oefenen voor de echte oorlog. Ik hoop van harte dood, want anders hebben ze buikjes gekregen en zijn ze populaire leden van hun gemeente geworden, Düsseldorf of Milaan. Of ze schrijven mémoires. Toevallig had ik die van generaal-majoor Galland in mijn koffer, de meest succesvolle Duitse oorlogsvlieger, die ook boven Spanje heeft mogen oefenen. Wanneer wij een zekere hiërarchie op grond van meer of minder ondervindingen mogen aanbrengen, en waarom toch niet, dan zouden wij aan Galland in