Brief uit Bonn
Politiek, techniek en liefde
door O. Montagne
De ordinaire maar spannende partij catch, waar kanselier Adenauer en zijn plaatsvervanger, ex- opvolger en huidige doodsvijand Erhard in zijn gewikkeld, heeft hier merkwaardige reacties losgeweekt. De mensen die dezer dagen, meer dan gewoonlijk, in de wandelgangen van het Bonner parlement lopen, zijn bij voortduring doende de kwalijke realiteit te versieren door het citeren van liefst klassieke dichters. 's Avonds of de volgende morgen vindt men deze poetische oprispingen dan wel in de kranten terug: een volk van dichters en denkers, per slot.
Bij de snode oppositie, socialisten en liberalen, is Shakespeare, in Duitse vertaling, niet van de lucht. Bepaalde dialogen van Hamlet en Polonius gaan van mond tot mond, ook al is het moeilijk in dit presidentschapsdrama een Hamlet te vinden. Met Polonius is het eenvoudiger: met wat slechte wil ziet men op iedere hoek van elke wandelgang een groepje ambitieuze lakeien van christendemocratische huize bijeen hokken. Met bezorgde gezichten, dat wel.
Als deze lieden aan citeren toekomen - en dan zijn het eigenlijk al bijna rebellen - is het onvermijdelijk Schiller. ‘Kabale und Liebe’ en dan de zin van Ferdinand: ‘Unterdessen erzähl ich der Residenz eine Geschichte, wie man Präsident wird’. En dan moet die arme Lübke, van wie tot nu toe bijna niemand anders dan de Duitse boeren hadden gehoord, het ontgelden. Niet, omdat men in eigen kring eigenlijk iets tegen hem heeft, maar omdat het Bonnton is om een ‘fall-guy’ wat te lachen.
Per slot was het, voor het Lübke werd, bij alle christen-democraten, die hoog op de partijladder staan, goed gebruik een lijst op zak te dragen met ten minste tien persoonlijke of politieke redenen, die het aanvaarden van een candidaat-presidentschap tevoren uitsloten. Zo'n lijst had Lübke kennelijk niet. Hij had er nooit aan gedacht hem nodig te hebben.
Zijn eigen katholieke partijgenoten schrijven nu in hun bladen heel delicaat over hem. In ‘Die Zeit’, eigendom van Lübke's partijen fractiegenoot Bucerius, zegt men lief: ‘Ob er ein guter Vater des Vaterlands sein wird - wie Heuss es als Präsident war? Nun, zum guten Onkel wird es sicher reichen’.
De fractie-vergadering, waar men hem candidaat stelde, had alle aspecten van een veiling bij opbod: ‘een bondspresidentszetel, lichtelijk versleten! Een maal, ander maal, ten derde maal: Lübke!’
Naast ons stormde een Duitse collega, met van parlementaire ervaring vroegtijdig vergrijsde haren, naar zijn bureau roepend: ‘wie weet hoe die man's voornaam is?’ En een vrouwelijke bondsdagafgevaardigde, partijgenote van Lübke, zei teder: ‘Maar hij heeft ten minste een vrouw die kan ontvangen; ze spreekt Engels, Frans, Spaans, Italiaans en Russisch’.
Arme Heinrich Lübke, oompje des vaderlands en dat alles, omdat de ijzeren kanselier een Bondsdagfractie van rubber partijgenoten tegenover zich wist en vond. Adenauer, zo zeggen galgenhumoristen, zal nu naast zijn 16 reeds aanwezige doctoraten h.c. een 17e krijgen. In de medicijnen. Omdat hij er in slaagde bij enkele honderden partijgenoten de ruggegraat te verwijderen, zonder dat er een druppel bloed vloeide.
De bekende analyticus van het nationaal socialisme professor dr Eugen Kogon (‘Der SS-Staat’) heeft voor de Duitse televisie een eigen programma, waarin hij op intelligente wijze onalledaagse en vaak voor het Duitse geweten niet zo prettige zaken aansnijdt. Kogon heeft dezer dagen voor een sensatie gezorgd door tijdens ‘Blick in die Zeit’ een film te tonen van de operatieve overplanting van de kop van een kleine hond op het lichaam van een grote. Waardoor na vijf uur chirurgen-werk een wezen met twee koppen, levend voor de camera lag.
In München is men er kortgeleden tijdens een chirurgen-congres niet in geslaagd deze film van de operatie door een Rus, prof. Demichow, te tonen. Op de beeldbuis hebben een paar millioen leken dit huiveringwekkend experiment wel kunnen bijwonen.
Dit maal is het geen cliché: huiveringwekkend experiment. Ook zonder last te hebben van al te veel sentimentaliteit, stokte de adem in de keel: hier werd de grens van het toelaatbare geraakt, zo niet overschreden.
Men werd hier geconfronteerd met dat andere, gans versleten cliché: eerbied voor het leven. Wat men als leek hier kon concluderen was slechts, dat die eerbied er voor