Gedachtenwisseling.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Wat moet er gedaan worden?
Wat moet er gedaan worden om voortaan de menschheid te behoeden voor de gruwelen van den oorlog; hoe moet de oorlog onmogelijk worden gemaakt?
Deze vraag houdt duizenden, wellicht millioenen hoofden en harten bezig, nu de ontzettende gruwelen van de menschenslachting ons met medelijden en walging vervullen.
Wij weten het, niet het volk wil oorlog. Als de soldaten tegen elkaar strijden, is het omdat zij moeten. Alweder als voorheen zoo ontelbare malen hebben zij gehoor gegeven aan den oproep: hun plicht te doen Hun plicht!? Een plicht die in strijd is met het hoogste gebod dat er geschreven staat in hun ziel: de liefde tot den naaste. Een plicht, die regelrecht indruischt tegen al het goede, edele, menschwaardige; een plicht, die menschen maakt tot erger dan wilde dieren, tot monsters!
O, indien er één wil, één stem onder hen was, die sprak: wij weigeren onze naasten te vermoorden; wij wenschen in vrede te leven met onze medemenschen; wij willen God, die Liefde is, meer gehoorzamen dan de menschen, welke bevelen tegen Zijn geest; dan, ja, dan zou het uit zijn. En, zoo dacht ik tot voor korten tijd, ook dan eerst. Niet vóór deze werkstaking zal het uit zijn.
Maar, ik ontvang daar No. 1, van de Uitgaven van het Comitee ‘De Europeesche Statenbond,’ getiteld: ‘Het Eenige Redmiddel, Een Europeesche Statenbond’ door Jhr. Dr. Nico van Suchtelen, Mij. voor Goede en Goedkoope Lectuur te Amsterdam; 't is een overdruk van 't artikel in 't Handelsblad, met een korte toevoeging en een Oproep (van het Comitee) tot sympathiebetuiging en steun; de prijs is per exemplaar 5 cts., per 1000 ex. f 15.-; en ik zie duidelijk in dat Jhr. dr. Nico van Suchtelen het eenige redmiddel gevonden heeft, mits wij allen, vrouwen en mannen, aanzienlijk en gering, ontwikkeld en onontwikkeld, ons aansluiten, het luide en krachtig doen hooren dat wij, het slachten moe, vrede willen!
Mits wij niet twijfelen, niet aarzelen, niet blijven staan toezien; mits wij allen meedoen, meedoen met den vasten, onwrikbaren wil te bereiken het schoonste doel op deze wereld: vrede!
Dat nu eens geen lauwheid en laksheid ons weerhoude!
Dat niemand zegge: och, dat zal ook wel weer mislukken!
Want: het behoeft niet te mislukken, 't zal er toe komen.
Maar: als allen meedoen, als allen willen, komt het in de naaste toekomst, onder nog één mits n.l. dat tevens het recht van oorlog te verklaren komt aan het volk in zijn geheel. Dan verrichten wij, de thans levenden, de grootste en meest grootsche daad: wij bannen den oorlog, wij stichten den eeuwigen vrede!
Leest ‘Het Eenige Redmiddel’ en grijpt het aan! Gij zijt het om Christus' wil en aan u-zelf verplicht!
C. GROUSTRA.