De Hollandsche Lelie. Jaargang 28

Nieuwe uitgaven.

In de eerste plaats vermeld ik mijn ouden vriend: De Internationale Scheurkalender, die als altijd verscheen bij de firma W.J. Thieme, te Zutphen, en mij een in de huiskamer onmisbare gezelligheid is geworden, waarvan ik menige schoone spreuk, en menig wáár gedichtje heb bewaard.

Bij de uitgevers van der Haar en van Ketel, den Haag, verscheen een bundel gedichten: Droomland, door J.G. van der Haar; dezelfde dichter, die vroeger uitgaf bij denzelfden uitgever: Het levend Verleden. Is het uiterlijk van den laatsten bundel fijner en gesoigneerder dan van den eersten, voor mijn smaak is de inhoud van den eersten rijker aan gevoelige verzen dan die van den laatsten, - waaruit ik als het meest naar mijn smaak citeer: ‘Gij Dagen’, blz. 29, of ook ‘Gij-Calvinisten’, blz. 21. - Uit den vorigen Bundel neem ik over, om meteen een denkbeeld te geven van den aard dezer gedichten:

Gij Christus, open wijd de doode oogen!
De schoone Dag is ver, en nacht nog grijnst.
Op vaan der schoonheid gloeit de haat en logen!
De wereld spot U, en de mensch nog veinst!

[p. 310]

 

In 't kerstboomlichtje trilt Uw stille traan,

 

Wijl men niet wil Uw god'lijk-ware Woord:

 

Hebt lief elkaar! Ach Liefde's zonn'ge baan

 

Gaat geên; men liegt en huichelt eindloos voort.

 

 

 

Klinkt daar een lied, een Kerstlied, U ter eer?

 

Welk schrijnend leed moet gij steeds wedervaren:

 

Doch zie, één kerstboomlichtje brandt niet meer!...

 

 

 

Men pijnigt U, der door'nen scherpe kroon

 

Perst weer Uw bloed, wie zal de drop'len garen?

 

Men roept Uw naam, en 't echót altijd: hoon!

Ziehier voor mij deze dichter op zijn allerbest. En dit zijn in 1910 uitgegeven ‘Kerstfeest’ is wél heel toepasselijk op den droevigen 25^sten Dec. dien wij in dit jaar tegengaan.

Wat de Anti-Trekhondenbond wil, waar Hij dat wil, Hoe Hij dat wil. Deze brochure wordt, op aanvrage, gratis en franco verzonden door de secr. van den Bond mevr. Jhr. M.J. Hooft, Elburg. Met zeer aanschouwelijke plaatjes toont zij aan hoe absoluut ongeschikt tot trekken de hond is, hoe hij daarbij wordt gemarteld, door slecht tuig, slechte ligging, te weinig voedsel, bovenal door wreedheden van den eigenaar, welke hem wonden veroorzaken waarmede hij nochtans moet trekken.

Want, deze brochure toont óók aan dat de wet geenszins voorziet in deze schande voor Nederland! Dat zij haar integendeel aanmoedigt.

Laat ons dáárin ten minste het goede overnemen van Engeland, dat we - evenals deze Staat reeds lang deed - de trekhonden wettelijk afschaffen. Maar dit doel wordt alleen bereikt indien wij ons verbinden niet meer te koopen bij hen, die trekhonden gebruiken. Alleen door ons in dat opzicht te vereenigen bereiken wij het goede doel.

Waarom komen wij in zulke goede dingen steeds achteraan bij andere Staten?

Het Geluksbloempje en andere Verhalen door Nelly Hoekstra-Kapteijn. Uitgever: G.J. Slothouwer, Amersfoort. - Deze zoo eenvoudig-lief vertellende schrijfster is den Lelie-lezers niet onbekend, en treedt ook in andere Bladen als auteur op, - dikwijls, gelijk ook in dit boekje het geval is, speciaal voor kinderen, maar óók voor groote menschen. Hare vertellingen leeren den kinderen zin voor het goede, medelijden met mensch en dier, zacht omgaan met bloemen, al datgene dus wat door zoo vele ouders wordt verwaarloosd helaas. De druk is prettig groot voor kinderen, en een omslag met een aardig plaatje geeft er het gewenschte ‘cadeau’-uiterlijk aan.

ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.