Ook over Henk en Mary was iets als van kalmte neergedaald, na den dag van hevige emotie.
Aan hun huis gekomen stak Henk den sleutel in het slot van de voordeur, liet Mary binnengaan. Het was haar een verademing na de vermoeienis van den dag haar stille, rustige kamers terug te zien.
Een merel zat in den seringenboom, deed eenig gave tonen hooren, die voorafgingen aan zijn avondlied.
‘Ik ben maar gaan eten, wil jij niks hebben?’ vroeg Henk, toen hij eenigen tijd na Mary de kamer inkwam.
‘Nee, ik zal straks wel een boterham eten,’ zei Mary en meteen belde ze Sientje om kokend water voor thee. ‘Is er niemand hier geweest, Sientje?’ vroeg ze terloops.
‘Nee, mevrouw, er is wel een pakje gebracht, dat heb ik op tafel gelegd.’
‘Goed, breng me dan maar even het theewater.’
Mary deed haar goed af, legde hoed en mantel op een stoel, haar taschje onder den mantel schuivend. Toen ging ze thee zetten en schonk voor hen beiden in.
Ze voelde zich moe en zwak. Het was of al het bloed was geweken uit haar hoofd en handen, die klam, onzeker zich klemden om de leuning van haar stoel, waarin ze was weggezakt.
Het hoofd achterover geleund, bleef ze zoo eenige oogenblikken stil zitten, met gesloten oogen
Tusschen haar lange, blonde wimpersparelde een traan, die aangroeide tot een druppel en langs haar handen neerviel, toen nog een, en nog een.
‘Is dit nu de straf voor mijn ontevredenheid.... of.... was dat een voorgevoel van het vreeselijke, dat dreigde?’....
Den volgenden dag vond Henk gelegenheid wat vroeger van zijn dienst weg te komen, en samen gingen ze naar den kassier.
‘Wij zijn maar besloten tot liquidatie, en daarom zou ik wel graag een heele afrekening van u hebben,’ zei Henk met een airtje van onverschilligheid, die Mary ergerde. Even daalde vrees in haar, dat men over haar bezoek van den vorigen dag zou spreken. Doch, die vrees bleek ongegrond.
De kassier had met een hoofdknik Henk's order aangenomen. ‘U zult een poosje moeten wachten eer een van de klerken er mee klaar is.’
‘O, we hebben den tijd,’ zei Henk.
Eindelijk kwam een van de heeren naar hem toe, lei hem een groote nota voor.
Met ontzetting las Mary de posten van aankoop. ‘Ja’, zei Henk, ‘ik heb thuis ook al mijn berekening gemaakt, het is volmaakt in orde.’
‘U wilt dus vandaag verkoopen?....’
‘Ja, ja, dat is geloof ik, het beste,’ zei Henk.
‘U ziet, dat er dan een nadeelig saldo voor u is, van plus minus zes duizend gulden...’
Henk overwoog, dat dit de schuld zou zijn, die door tante moest worden gedelgd.
Een duizeling overviel hem.... Wat zou hij nou moeten doen?....
Hij zag Mary angstig aan.
‘Er blijft niets anders over dan er toe over te gaan. We mogen niets meer wagen’, zei Mary beslist.
Even gloorde een straaltje hoop in Henk, dat hij, vandaag ze aanhoudend, als ze opliepen, misschien nog kon terugwinnen., dan was morgen zijn debet belangrijk minder... Hij had telkens zooveel bijgekocht, dat hij heel wat aandeelen bezat, en een rijzing onmiddellijk voelbaar was. Daar stond tegenover, dat ook elke daling....
‘Wat zou je me eigenlijk raden?....’ vroeg hij nog eens.
‘Natuurlijk verkoopen’, zei Mary met een poging om zich kalm te houden, en niets van haar agitatie te doen merken. Ze wist, dat door deze beslissing haar fortuintje onherroepelijk voor altijd verloren was, dat het geld van tante Henriëtte er ook aan moest.., dat ze.. dat ze geruïneerd waren.
Haar stug volhouden maakte Henk onzeker, hij had een voorgevoel, dat het vandaag een goede dag zou zijn, misschien was er nog wel mee te wachten. Als je zoo een voorgevoel had, vond hij altijd dat je daar naar moest te raden gaan. Mary zou nog oorzaak zijn dat hij zich niet kon redresseeren....
En half onwillig wendde hij zich tot den kassier. ‘Verkoopt u dan toch maar vandaag.... ik zou het nog wel eens willen aanzien, maar mijn vrouw is zoo pessimist..’
‘Misschien heeft u het geluk, dat de koersen nog wat oploopen, de oorlogsberichten zijn, zou men zeggen, wat milder’, zei de klerk, iets meevoelend van den weedom der twee menschen, die daar tegen hem over zaten... en nauwkeurig schreef hij op zijn briefje den verkooporder op.... ‘Ik zal u dadelijk bericht zenden zoodra we de koersen hebben,’ beloofde hij.