De Hollandsche Lelie. Jaargang 25
(1911-1912)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdOverzicht van de week.I. De zaak van der Breggen.
| |
[pagina 358]
| |
in gevaar brengen. De voorbeelden daarvan zijn talloos. Heeft een dergelijke eigenzinnigheid niet óók misschien voorgezeten in dit geval, waarin èn de aanstaande medicus en de behandelende artsen in het militaire hospitaal terstond konden vaststellen wat de officieren van gezondheid hardnekkig volhielden niet te zien? Of zijn deze laatsten zóó onbekwaam dat zij een zoo veelvuldig voorkomenden toestand als appendicitis niet kunnen onderscheiden. Hoe brengen deze geneeskundigen hun tijd door in het kamp? Wat is er met den patiënt geschied, betreffende behoorlijk onderzoek, enz.? Wordt dit alles behoorlijk onderzocht; worden de schuldigen ter verantwoording geroepen. Neen! En de heeren doctoren? Die zoo'n groot ‘verantwoordelijkheidsbesef’ hebben als 't geldt elkaar de hand boven het hoofd te houden. Trekken zij thans ook even eerlijk partij tegen een collega, als zij het wèl plegen te doen vóór hem? (uit eigenbelang.) Neen. Niet één hunner protesteert tegen deze lichtzinnigheid van met menschenlevens omgaan. Ten slotte, de vervuilde en ongewasschen toestand, waarin de patiënt is afgeleverd! Gij wordt gedwongen tot 's lands dienst - wij weten allen hoè streng dienstweigeraars worden gestraft - gij gaat gewillig naar het kamp - gij wordt er ongesteld - en, als het zoover is gekomen eindelijk dat men U - door tusschenkomst der familie - aflevert in een militair hospitaal, dan doet men nog niet eens de moeite U behoorlijk te helpen, en rein af te leveren, zooals de eerste regelen der hygiëne eischen! Die twee dingen leert men m.i. uit dit antwoord van den minister van oorlog. Ten eerste, dat gij zijt overgeleverd aan een al héél weinig betrouwbaar soort van geneeskunde (?); ten tweede dat gij, ondanks de schatten, die het leger den belastingbetalenden kost, (of zij anti-militaristisch denken of niet, zij moeten meebetalen), nog niet eenmaal fatsoenlijk wordt verpleegd, als gij te ziek zijt om U-zelven te wasschen! En de couranten! Schreeuwen die 't uit van verontwaardiging, zooals men dat in Frankrijk zou doen! Kan je begrijpen. De groote bladen durven niet.Ga naar voetnoot*) In dat opzicht is de fransche pers oneindig onafhankelijker. Dit ‘schandaal’ zou met groote letters worden aangekondigd, onder dien titel, en in den breede worden uitgerafeld, door Le Matin, of door Le Journal, of door welk ander groot blad ook. Maar bij ons! Bij ons laten de menschen liever hunne kinderen straks op hun beurt een dergelijk lot ondergaan, dan dat zij-zelf zich aan koud water durven branden! ANNA DE SAVORNIN LOHMAN. | |
II. Verantwoordelijkheidsbesef.In verband met het bovenstaande is het misschien niet ondienstig de aandacht te vestigen op onderstaande advertentie, die ik dezer dagen in het Vaderland vond. Hartelijk dank aan vrienden en kennissen voor de vele blijken van sympathie en belangstelling, gedurende het ziekbed en bij het overlijden mijner lieve Dochter Elise Ch. Scheffer, litt. doct. ondervonden. Ook een woord van waardeering aan de behandelende geneesheeren, voor zoover die zich bij het ontstaan der ongesteldheid niet in hooge mate aan plichtsverzuim hebben schuldig gemaakt en daardoor de ernstige gevolgen en droevig lijden hadden kunnen voorkomen. W.H. SCHEFFER. 's Gravenhage, 23 November 1911. Sweelinckplein 15. En den naam van den onderteekenaar èn de zaak waarover het hier gaat èn de namen der hier bedoelde geneesheeren zijn mij ten eenenmale onbekend, maar, dat er iets heel ernstigs is gebeurd, blijkt uit het feit, dat deze heer openlijk met zijn eigen naam durft teekenen. En daarom breng ik hem hulde, in naam van allen, die nu nader bij hem kunnen informeeren, als zij willen, wien en wàt hij bedoelt. Wij, als leeken, zijn, allen op onze beurt, overgeleverd aan doctoren. En deze, - de goede uitzonderingen niet te na gesproken - maken daarvan hoe langer hoe veelvuldiger, (omdat het gebrek aan verantwoordelijkheidsbesef afneemt) grof misbruik. ANNA DE SAVORNIN LOHMAN. | |
Hulde aan de Stuers.Een zoo onverdachte hulde als die, welke de fel anti-katholieke Vrije Socialist brengt aan het katholieke Kamerlid de Stuers, verdient onder aller oogen te worden gebracht, om de reden dier hulde: De Stuers blijft flink. - De katholieke afgevaardigde Victor de Stuers komt jaarlijks met kracht op tegen de gruwelen, gepleegd in | |
[pagina 359]
| |
Atjeh. Hij zegt dat er weer 678, zegge: zeshonderd acht en zeventig menschen zijn doodgeschoten. Zelfs de minister kan dit brutale feit niet ontkennen, maar hij troost zich dat het een derde minder is dan het vorige jaar. Waar een minister niet al tevreden mee is! In elf jaar, zegt die heer, hebben wij 22000, zegge: tweeen twintig duizend Atjehers vermoord. Als het aantal vermoorden vermindert, dan is dat geen wonder, de voorraad wild begint te dunnen. Als er minder Atjehers zijn, dan kunnen er ook minder worden neergelegd. Heele plaatsen zijn ontvolkt door onze ‘pacifikatie-methode. Er worden drama's afgespeeld, die een gevoelig mensch doen rillen. Zoo werd een groep menschen al een paar jaar lang overal nagezeten door patrouilles, als een koppel patrijzen. Zij verloren telkens leden, tot er nog overbleven twee mannen, een vrouw en twee kleine kinderen. Zij werden overvallen. De menschen liepen weg, dat mag niet, ofschoon het instinktmatig is. De mannen werden toen gedood. De vrouw, gewond, wierp één kind in een ravijn. De gewonde vrouw en één kind vielen in de handen van onze dappere soldaten. Dit is een van de vele staaltjes. Laat ons maar zwijgen over de Italiaansche gruwelen en daartegen niet uitvaren, want dan hooren wij uit de verte ons toeroepen: En Atjeh!! Onlangs herinnerde de heer Visser eraan, in dit blad, dat de christelijk-historische leider in de Kamer, Jhr. Mr. A.F. de Savornin Lohman, den oorlog durfde verdedigen tegen dezen heer de Stuers. - Brochures over het Atjeh-vraagstuk, van de hand-zelf van éérlijk-geloovige mannen, tot oordeelen bevoegd, van officieren, worden genegeerd, de schrijvers ervan uit de partij der rechtzinnigheid gezet. Daarom doet het onafhankelijk optreden van de Stuers dan ook zóó sympathiek aan, dat zelfs de Vrije Socialist voor een enkele maal rechtvaardig blijft waar het een katholiek geldt! En is zij ook niet raak, die eindbemerking, dat wij hollanders heusch nu maar liever moeten zwijgen over de Tripolis-schandalen! Ze hebben in Rome ten minste niet eens de ten hemel schreiende bespotting van een Vredes-paleis!
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN. |