De Hollandsche Lelie. Jaargang 24(1910-1911)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Vóóravond van Storm. Woeligheid aan 't strand.... Een haastig loopen Van visschers, kinderen, meisjes, vrouwen.... Een vale lucht vol kleine rooz'ge wolken Hangt zwaar - doet dof gerommel hooren. Een zwarte streep, gelijkend reuzen-slang, Drijft, nauwlijks merkbaar, naar de kim, Als booze Geest, die 't zonlicht volgen móét, Dat kwijnend-mat de aarde groet. - [pagina 804] [p. 804] De avond valt.... een vliegend wolken-spel Wordt ros verlicht door 't maangelaat Dat bloed-rood straalt en naad'rend onheil spelt, Terwijl ze zachtkens henen glijdt, Als kon ze weren met haar blik van toorn De branding, die het strand verwoest.... Als hadd' ze macht te stillen 't woedend gisten Der grauwe zee, wier strijd-lust blaakt. De zee, die schijnbaar speelt in overmoed.... - - - - - - - - - - Verzaam'lend kracht, tot reuzen-kracht.... En donderend dreunt, als kond'gend smart en rouw, Als voorgespenst van onheils-nacht. ANNIE NAUTA. Vorige Volgende