Varia.
Een wáár woord uit het buitenland.
Het is wel eens goed, dat onze zelfgenoegzame hollanders, die, - ook al dank zij de zeer met eigen-ik ingenomen pers welke hen vóórlicht, - niet begrijpen hoe achterlijk zij nog zijn in het algemeen genomen, eens vernemen van tijd tot tijd, hoe men dientengevolge in het buitenland denkt over ons en onzen landaard. Onlangs las ik in de Frankfürter Zeitung een ‘brief uit Amsterdam’, door een duitscher, waarin terecht werd belachelijk gemaakt de aanstoot daar door elke dame op straat verwekt, welke het waagt zich anders te kleeden dan naar den Amsterdamschen straatsmaak, die bestaat in loopen met een te korten rok, lompe overschoenen, een soort wijde overjas, en een hoed van drie modes ten achteren. Nu weer is het de Börsencourier, welke, naar aanleiding van Frederik Van Eeden's IJsbrand, te Berlijn opgevoerd, de volgende zeer welverdiende opmerkingen maakt aan het adres van onze natie:
‘Van Eeden is een kind van den Hollandschen bodem, en op Hollandschen bodem zijn zijn theorieën gegroeid. In het land vol prozaïsche nuchterheid, vol pompeuze correctheid; tusschen de “mijnheers” en “mejuffrouw's”, die stijf zijn als hun tulpen, koel, eerbaar en vroom. Die zich aan de realiteiten houden, en die over de idealen spottend de schouders ophalen. Het is het land van het rustige geweten, en van de verzadigde moraal, het land der rechtlijnigheid en pedanterie. En, wie uit de rij springt, dien stoppen zij in het gekkenhuis.’
Ráák-gezegd.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.