Wij maakten ons den avond verder ten nutte met van de Butte af, het nu schaarsch verlichte Parijs, in de diepte te aanschouwen, wat ons dadelijk in Charpentièr's opéra Louise verplaatste en even grootsch en treffend zich vertoonde als bij dag, naar de plechtige stilte daarboven - de funiculaire en de magazijnen waren ook gesloten - het kolkende gedruisch van gemêleerde klanken opzendende, wat eigenlijk nog meer als des daags het immense der benedenstad doet uitkomen.
Vervolgens daalden we langs rue Paul Albert af, naar Clignancourt om het avondleven dier volkswijk nog eens op te nemen. Hoe meer men den boulevard Roche-chouart nadert, hoe meer men de verdorvenheid der bevolking daar kan gadeslaan.
De anders hel verlichte terrasjes der talrijke café's en restaurants, waren evenmin verlaten als andere avonden en om de ronde tafeltjes zaten vrouwen en kinderen met glaasjes sterke liqueur voor zich, te slurpen met een welbehagen van vrij-af zijn, onder ruwe scherts, het oog naar andere bezoekers gericht; jongens en meiden, elkaar zinnelijk omhelzende, zonder eenige schaamte voor omstanders en voorbijgangers.
Weer, evenals bij andere gelegenheden in die volksbuurt, viel het mij op, dat de vrouwen veel ongeneerder en hartstochtelijker deden dan de mannen, waarvan menigeen niet ouder dan zeventien, hoogstens achttien jaar, afgelebberd werd door vrouwen van dertig en daarboven.
Maar niet alleen heel en halfvolwassenen bezetten het trottoir bijna geheel, er waren ook onnoozele schaapjes van twee à drie jaar, jengelend aan moeders rokken hangend: Maman!... fatigué,.., Prenez moi... puis plus marcher!... Maman!...
Ik had het wijf dat zich lachend met 'n paar soortgenooten onderhield, wel vertoornd bij den arm kunnen nemen, met de réprimande: Occupez vous de votre enfant, la pauvre petite...
Maar... ik had er geen recht op en ik berekende de gevolgen, die zulk optreden voor mij zou kunnen hebben daar, onder die zinnelijke massa, doch ik wees er mijn gezelschap op, dat zich evenzeer ergerde en een hunner hielp nog eenmaal 'n klein, half gekleed krullekopje overeind, dat van de trottoirrand gevallen was en met het eene ontbloote beentje in het boogvormige rioolgat was gegleden.
Een ondragelijke stank van vervuiling doet je den mond op elkaar klemmen, om de verpestende atmosfeer, niet te inhaleeren en we kregen een gevoel van verruiming toen we de boulevard Roche-chouart bij de Petite Gaité van dien naam bereikt hadden, waar nu de deuren evenwel ook gesloten waren.
Langs Barbès gingen we naar het square Anvers en klommen toen de 225 trappen, naast de funiculaire op, om weer in rue Lamarck terecht te komen.
Om de 25 trappen heeft men een plat-form, waar banken staan, en ook hier waren deze meest bezet met dégoutant vrijende jongens en meiden.
Alleen op het derde plat-form zaten twee jongens uit het volk en vragende naar den bekenden weg, zei ik: Pourquoi, le funiculaire est il fermé?
- On fait ce qu'on veut, madame, Paris c'est la misère!
- Si, gaf ik ten antwoord, want ik begreep, dat deze twee hongerig uitziende stakkers werkeloozen waren, die slechts de ellende, niet het mooie van Parijs voelden en opmerkten.
Boven gekomen, hoorden we een eindje voorbij de Basilique du Sacrè Coeur 'n dier angstig roepen achter de palissade, waar een werkman al een onderzoek instelde, door een vlammetje achter z'n pet te ontsteken.
- Pauvre animal, zei hij tegen ons, faut aider.
- Quel animal est ce, vroeg ik.
- Sais pas, mais n'importe ça, faut aider.
Hij had m'n hart gestolen, die dierenvriend en ofschoon hij er, zoolang we er bijstonden althans, niet in slaagde te ontdekken waar het beest zat en wat hem deerde, gaf een onzer hem toch 'n paar sous, om als 't een vogel bleek te zijn, wat we wel dachten, zaad voor te koopen.
Verder op, langs de palissade, stooten we weer op eenige minnende paren, waarvan een meid met sliertende haren zich aan een haveloos gekleeden kerel vastzoog, met de onstuimigheid eener mégere.
Een, den heelen sexueelen toestand teekenend antwoord, ontving een onzer, toen hij den garçon die ons geregeld bediende eens vroeg: Vous avez dèja une fiancée? - hij was even twintig.
- Mais si. Paris sans l'amour, c'est impossible, ça.
Maar de ons meer koele Hollanders dégouteerende amours daargelaten, die we dagelijks