De Hollandsche Lelie. Jaargang 24(1910-1911)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Herfststemming. Goudglanzende blaad'ren - De eersten in 't loover, Door Herftzon beschenen, Door Herfstwind bewogen! Van Lente die hoop gaf, van zomer vervlogen, Spreekt gij weemoedig als winter komt naad'ren. Goudglanzende blaad'ren Aan wiegende twijgen - Veelzeggende boden Van naderend zwijgen! Gij dort naast de bloemen vol schitterend leven: - De uitzet van 't Najaar - schijnkrachtig verheven. O stille gedachten, Pas rijpend in Herfsttijd Van 't leven dat leerde, d'Ervaring vermeerde! Wat toch zijt gij anders dan gelende blaad'ren Naast schitterende bloemen, bij 't winterkoû naad'ren?! Daar ligt zij, Natuur, dan! Ten doode beschreven, Met dorrend gebladert' Naast kort schitt'rend leven.... O, als bij den Mensch spreekt uw afmattend pogen, Uw herfstlicht, uw bloemglans: ‘Mijn Dag is vervlogen!’ VIKING. Vorige Volgende