is van deze eerlooze kwellerijen verschoond gebleven.
In zulk een toestand blijft ons, die midden in den strijd staan en als mannen onze overtuiging niet kunnen prijsgeven, niets anders over dan te trachten ons zelf te helpen en ons te vereenigen.
Daarom wenden wij ons tot alle gelijkgezinden met het verzoek ons hun adres op te geven en hun instemming te verklaren. Wij denken hierbij niet alleen aan de voormalige geestelijken, maar ook aan hen, die door onvermijdelijke omstandigheden gedwongen zijn, hun overtuiging nog verborgen te houden,
Ten slotte richten wij ons tot de mannen en vrouwen onder de leeken, die sympathiseeren met onze ideeën en in staat zijn ons te helpen. Dat zij zich bij ons aansluiten en werken voor onze ideeën.
Wij staan thans voor een nieuwe vrucht van de modernisten vervolging. Een groot en gewichtig deel van het Centrum (Roomsche staatspartij in Duitschland) tracht de beslissing over staatkunde en sociale vragen in handen van den clerus te geven. Tegenover zulk een streven is het dubbel noodig, voor de vrijheid van de wetenschap en voor de geheele onafhankelijkheid in niet-godsdienstige zaken op te komen. Aanmeldingen gelieve men te zenden aan de redactie van ‘das neue Jahrhundert’ Weimar, Bismarckstrasse 7.
We behoeven wel niet te verzekeren, dat de namen strikt geheim zullen gehouden worden, zoolang als een openlijk optreden voor onze zaak met gewetenlooze chicane en de slechtste middelen wordt bestreden.
Dat bovenstaande oproeping weerklank heeft gevonden bewijst onderstaand artikel van ‘das neue Jahrhundert’ eenigen tijd daarna ver schenen.
‘Aan onze Vrienden!
De oproeping van de plaatselijke groep te Berlijn heeft in alle streken van Duitschland weerklank gevonden. Van vele kanten werden statuten verlangd. Deze kunnen eerst worden vastgesteld na gemeenschappelijk overleg. Vooreerst moeten onze vrienden een gelijkgezinden vriendenkring trachten te vormen, welks hoofddoel is, zich in dien kring frank en vrij over godsdienstige en kerkelijke vraagstukken te durven uiten. Duizenden verlangen daarnaar.
Bestaan er organisaties, dan kan het tweede punt van ons program ten uitvoer worden gebracht: in een reeks van kleine brochuren de gewichtigste leerpunten en gebruiken, het gansche leven der kerk te bespreken en onze zienswijze onder het volk te brengen.
Wij willen geen nieuw godsdienstig genootschap, geen nieuwe kerk. Wij willen, dat een ieder eenmaal in staat zij zelfstandig partij te kiezen tegenover het godsdienstig probleem. Wij willen, dat, even als in de oude kerk, zoo ook nu de leeken een mede werkzame plaats in de kerk zullen innemen. Wij willen, dat Rome ook rekening zal houden met het denken en voelen der Duitschers. Wij streven naar vereeniging onder de verschillende godsdienstige geloofsbelijdenissen.
Tot zoover das neue Jahrhundert.
Hier dus weer duizenden die als vrije katholieken willen leven, die zich zelf mondig genoeg achten voor vrij wetenschappelijk en litterair onderzoek.
Wil J.K. een voorbeeld van vervolging van een priester met karakter en vrije overtuiging? Indien hij als goed-Roomsch geen andere couranten leest dan Maasbode en dergelijke, is 't hem onbekend wat nog geen jaar geleden in Zuid-Duitschland gebeurde.
Een zekere priester Tremel, als geestelijke hoog aangeschreven bij zijn bisschop, was lid van een liberale politieke vereeniging, en hield hier op zekeren dag een politieke (geen godsdienstige) lezing. Dit ongehoorde feit kwam ter oore van den bisschop, en terstond werd Tremel gelast zijn lidmaatschap op te zeggen en te beloven nooit meer een liberaal politieke lezing te houden: totdat hij zich aan 't bevel had onderworpen werd Tremel direct geschorst in de bediening der sacrementen. Dit was kapelaan Tremel te veel, en in een open brief aan zijn bisschop beklaagt hij zich dat zijn politieke overtuiging nòch met zijn katholiek geloof nòch met zijn priesterambt iets te maken heeft, en de hem opgelegde straf dus onverdiend is: en dit niet alleen, maar priesters, die nog onlangs misdrijven tegen de zeden hebben bedreven, heeft geen kerkelijke berisping getroffen, en mogen tot heden toe als reine priesters de mis opdragen. Tremel heeft zich toch onderworpen; hij zal er, menschelijk gesproken, zijn redenen voor gehad hebben.
De moraal kan J.K. hier zelf uit trekken.
Werd mijn opstel niet te lang ik zou J.K. willen vertellen van de Marianieten, die ten getalle van 200.000 geloovigen in Polen zelfstandige gemeenten hebben gevormd, om te leven naar de zuivere katholieke leer: de geestelijken aan 't hoofd van deze beweging zijn door den banvloek van den Paus van Rome getroffen, hoewel zij zelfs staande voor den Paus dezen verzekerd hebben als trouwe zonen der kerk en volgens 't zuivere Katholieke geloof te willen leven.
Ten slotte nog een citaat uit de Hollandsche Lelie zelve, om te doen zien dat de tegenwoordige leer der Kerkhistorie niet altijd samengaat met de Katholieke zedenleer.
J.K. zal zich herinneren het opstel van Regina over de ‘Pauzen’, naar aanleiding van een aanval door een protestantschen inzender op 't gedrag van vroegere pauzen. Regina erkent daarin tot haar spijt, dat er eertijds Pauzen waren, die door hun gemeene levenswijze een schande zijn voor de Apostolische stoel, maar... nooit zijn zij van de Katholieke leer afgeweken. Dus, een paus die leeft als een zw.. n, die in ongehuwde staat kinderen heeft, maar zich niet druk gemaakt heeft over de Katholieke leer; was als paus toch een goed hoofd der kerk: dat wil voor den tegenwoordigen tijd zeggen, zoo'n paus zou evengoed onfeilbaar zijn geweest, als het dogma der onfeilbaarheid in dien tijd reeds had bestaan: Kettersche pauzen hebben niet bestaan zegt Regina. De kerkhistorie leert dit laatste anders, doch de boeken die dit 't nageslacht vertellen, staan op den Index: zoo zal J.