Varia.
Achter de Schermen.
In verband met het in dit en het vorig nommer voorkomend hoofdartikel over Ziekenverpleging, geschreven uit eigen ervaren, door iemand die juist dáárom ditmaal een pseudoniem moest kiezen, is het wél der moeite waard de aandacht te vestigen op wat niemand minder dan professor Hector Treub woordelijk meedeelt, omtrent de handelingen zijner pleegzusters in zijn kliniek:
Tot den nachtdienst der verpleegsters behoort bovenal het in orde maken van de bedden der patiënten. Sommigen dezer liggen op een z.g. springbak, d.i. een springveeren bed met daarbij behoorende matras. Het dagelijks in orde maken van het bed bestaat, voor die patiënten, in het gladtrekken der onderlakens en het goed leggen der bedekking. De andere patiënten, de meerderheid, liggen op een eenvoudiger veerend ijzeren onderstel, waarop de matrassen rusten, en deze patiënten moeten dagelijks worden verbed. Er zijn onder die patiënten altijd eenigen, die tijdens het opschudden der matrassen zonder gevaar voor hare gezondheid op een stoel naast het bed kunnen gaan zitten. De anderen worden gedurende dien tijd op een brancardwagentje gelegd. De wachthebbende zuster schrijft een lijst, waarop aangeteekend staat, welke patiënten op de eene, en welke op de andere wijze moeten worden verbed en deze lijst wordt door de hoofdverpleegster nagezien en aangevuld. Wanneer de verpleegster van den nachtdienst in den dagdienst overgaat, geeft zij haar laatste lijst aan haar opvolgster in den nachtdienst, zoodat deze dadelijk op de hoogte van het verbedden is. Dit lijkt mij dus nogal zeer goed geregeld en ik mag dat zeggen, omdat ik zelf aan die regeling part noch deel heb.
Nu is evenwel sinds eind October van verleden jaar een misbruik ingeslopen, dat ik niet anders dan als hoogst bedenkelijk kan qualificeeren. In plaats van de patiënten, voor het verbedden, op de brancard te leggen, lieten de zusters haar op handen en knieën eerst naar het eene einde van het bed en dan naar het andere einde kruipen, terwijl het tijdelijk vrij zijnde eind werd in orde gemaakt. Dat deze wijze van ‘verbedden’ niet aangenaam is, behoef ik niemand te zeggen, en dat zij niet zonder gevaar is, behoef ik niet uit te leggen. Ik meen dan ook niet ten onrechte daarin de oorzaak te zoeken van het betrekkelijk groote, en althans in de vrouwenkliniek ongekend groote, aantal gevallen van z.g. kraambeen, die wij in het einde van het vorige en het begin van dit jaar gezien hebben.
(Overgenomen uit de Telegraaf, was geteekend: HECTOR TREUB.)
Één staaltje uit velen, eindelijk eens aan het licht komend, van de wijze waarop er, achter den rug der doktoren om, wordt gehandeld door de zusters, die de ontvangen bevelen niet uitvoeren, er op vertrouwend, dat, bij beklag der patienten, zij, de zusters, worden gelóófd en niet de zieken. Wat meestal geschiedt.
Nadrukkelijk wijs ik er op, dat ik-zelve nimmer, noch bij mij aan huis, noch in wèlke Zieken-inrichting ook, heb te maken gehad met verpleegsters, en dus niet spreek uit eigen ervaring, om de eenvoudige reden, dat ik nóóit door iemand anders ben verpleegd dan door mijn huisgenooten-zelven. - Dat ik dus tegen zulke misbruiken protes-