Gedachtenwisseling.
Vrouwentoekomst.
Zie den weg eens op dien gij gaan moet en vraag U eens af wie zij is en hoè gij ze ontvangen moet, die daar aankomt. Ik bedoel de vrouw met den grijzen sluier die komt, die gij soms wegwaant omdat zij dan gaat in de diepe schaduw van het felle licht waarin gij leeft op dat moment. Meen dan niet dat zij terugging of dat zij een anderen weg volgde: zij komt, langzaam het eene oogenblik; angstig snel het andere - is zij voor kort U uit het oog verdwenen, een volgend zult gij haar wederzien - gij kunt haar zien komen in het lichte licht van een zomerzon - of gij kunt haar zien naderen - somber - als de eenzame figuur op den eenzamen weg, in een herfstavond wanneer nachtwind huilt. Maar zij kòmt. Ge weet niet - wie zij is - ge weet niet of ge haar de hand moet reiken en welkom heeten in uwe woning - of dat gij haar gastvrijheid moet ontzeggen en de uitgestrekte hand moet afweren. Ge weet niet of zij komt als vriendin of vijandin - of ge haar danken moet of haten, loven of vloeken. Zij zal het U kwalijk duiden, wanneer ge haar niet ontvangt zooals het hoort, zooals zij dient ontvangen te worden. En zij heeft gelijk. Ge zaagt haar immers aankomen! gij hadt U kunnen voorbereiden op d' ontvangst. En deed ge dat nièt - welnu vloek hààr dan niet of haat niet hààr - maar U-zelve - het is niet hàre schuld maar d' uwe, dat zij zich toont met een ongevoelig gemoed en in harden toon U tegenspreekt. Ge wildet tè veel poëzie om de realiteit weg te doezelen in Uw droomen. Ge droomdet enkel wel eens van de grijze vrouw die kwam en ge wildet er van blijven droomen. Zie - maar de grijze vrouw was niet een droombeeld, zij is in haar wezen even reeël als die zijn, die gingen, die gij hebt ontmoet en nu - achteraf - U ook als droombeelden droomen wilt.
Weet dat uw Leven is een gang op schotsen, zij glijden onder U uit bij elk moment, en elke stap welke gij doet kan een misstap zijn. Elk oogenblik van Uw Leven kan zijn het laatste der reeks, maar ge bedenkt het veelal niet omdat Uw leven te drùk is. Wanneer enkel de Dood zich toont - zie - dan staat ge even stil en denkt na. Van dood hadt ge wel eens gedroomd, als van de grijze vrouw, maar beide bestaan. Zij zijn de diepst in het Leven grijpende factoren, die ge zoo vaak negeeren wilt omdat ze U niet ‘vormelijk’ voorkomen -. Omdat ze U niet zeggen - zie - zoo en zoo is mijn lichaam - daar is mijne woning - in den regel verschijn ik in dit costuum met die jas en dien hoed. En voor ik kom schrijf ik U even - ge kunt mij dan verwachten, alles gereed hebben -. Ge zijt - als menschen te hoogmoedig vaak en te verwaand om te willen inzien dat het heel logisch zijn kan dat Uw beperkte menschenoogen de belichaming dier ontzaggelijke krachten niet kunnen waarnemen: de mieren zien mogelijk Uw menschenlichaam ook niet, maar zullen wel degelijk de groote kracht ondervinden die ge kunt uitoefenen in hunne mierenwereld.
Enfin - hoe het zij - ge hebt om werkelijk mensch te zijn - af te leggen hoogmoed en verwaandheid, ge hebt niet te zoeken en te vragen, waar en wie zij is - de grijze vrouw - ge constateert enkel dàt zij er is en ge maakt U gereed haar te wachten -.
Laat mij wat mogen zeggen tot u, dames! Laat mij U even wat mogen vertellen van poëzie en proza. Van de poëzie van het Leven en van zijn proza. Wijs mij nu niet terug omdat ik U van 's levens proza spreken ga. Ge wilt zeggen vrouwenleven is enkel poëzie! Uw leven kent de proza niet, of... wil haar niet kennen! Zeker - de idéële vrouw, waarvan de man wel eens droomen kan - is enkel poëzie! Zij is enkel liefde - haar liefde is haar leven - omvat alles in haar - haar liefde is van het hoogst poëtische - haar leven alzoo van even verheven mooi.
En dat er vrouwen zijn die zóó lief hebben en zóó leven!! Blik in U w eigene zielen en zeg mij eens of gij elke realiteit waarmede de man heeft te doen, met Uw liefde - met Uw vrouwenpoëzie kunt wegdoezelen, zoodat hij 't Leven zóó mooi gaat zien als Uwe liefde is!
Gij spreekt weinig over de proza van het Leven, toch - vrouw, zooals ge nu vrouw hebt te zijn in het leven van heden - zult ge meer dan U lief is de proza er van ondervinden. Ge zult huwen - U geven aan den sterkeren man die U behoedt in zijn leven, maar wanneer Hij komt - Hij - waarvan ge wist die komen zou maar hem nooit verwachtte! Mogelijk dat Uw man U in zijn leven geven kon zóóveel dat na zijn dood gij in d' eigen sfeer kunt blijven leven. Maar dit zullen uitzonderingen zijn. In den regel treft, naast het smartelijk verlies dat de vrouw ondervindt door het overlijden van haar man, ook een finantieële slag haar. En dan staat de vrouw alleen, zij de zachte gevoelige, onpractische - in den harden, harden strijd van het leven, van het bestaan -