voor kunnen krijgen... om op te rijden... Of een doosje soldaten... of een mooi halsbandje voor poes... of een hondje zooals tante Riek heeft... of een horloge, dat loopt... Hij wordt er duizelig van. De wereld wordt in zijn oogen grooter en de heele wereld is de zijne voor een dubbeltje. Toen staat hij op eens voor het raam van een banketbakker. Kijk, een schaaltje vol heerlijke roomhorens. ‘10 cent’ staat er boven... Zou dat per stuk zijn, of voor 't heele schaaltje...
Hij begrijpt niet waarom vader taartjes koopen ‘geld weggooien’ vindt. Kom, dat meent vader niet, hij eet immers zelf dikwijls genoeg taartjes...
Kareltje heeft honger. Hij ontvlucht het raam van den banketbakker en gaat weer naar andere heerlijkheden kijken. Maar hij ziet niet anders dan roomhorens... kolossale roomhorens, die zich in de winkelramen afspiegelen en de tinnen soldaten en al het andere speelgoed aan zijn oog onttrekken.
Hij begint te watertanden en het zweet breekt hem uit, zoodat zijn dubbeltje nat wordt van zijn warme handen. Hij begrijpt zelf niet hoe 't komt - maar daar staat hij op eens weer voor het raam van den banketbakker.
Als hij maar wist waarom hij eigenlijk geen taartjes mocht koopen voor zijn dubbeltje...
't Allerliefst zou hij een deuntje huilen. Een levend paard, een hond, een echt horloge, of een doosje soldaten kunnen hem allemaal geen zier schelen... 't eenige waarom hij wat geeft is een roomhoren... Opeens staat hij in den banketbakkerswinkel - zijn dubbeltje is verdwenen en de roomhoren opgegeten.
Daarop drentelt hij langzaam naar huis.
‘Wel Kareltje, laat eens zien wat je voor je dubbeltje gekocht hebt.’
Wat zet Kareltje een vreemd gezicht... en wat wordt vader op eens ernstig.
‘Je hebt toch geen taartjes gekocht...’
‘Neen... nee... neen...’
Maar tegelijkertijd barst Kareltje in tranen uit en zegt de waarheid.
Toen krijgt hij een pak slaag. Een flink pak slaag op zijn broek.
Ten eerste omdat hij taartjes heeft gekocht. En ten tweede omdat hij gejokt heeft.
Als hij niet vreeselijk zijn best doet komt hij tot schande van de heele familie misschien nog eens in de gevangenis...
D. LOGEMAN - VAN DER WILLIGEN.