of wit ‘interessant’, en, hebben zij daarbij nog een frissche teint, dan flatteert het zelfs zéér. Ouderen zien er met grijs haar, of een eerwaardig wit hoofd, oneindig sympathieker, beminnelijker en... jeugdiger uit dan met een pruik of een onnatuurlijk jonge haarkleur, die niet meer past bij trekken en figuur, en daardoor verraadt de onechtheid.
En toch zijn er, zonder van zulke schoonheidsmiddelen gebruik te maken, wel enkele dingen aan te raden, die zonder twijfel dikwijls worden verzuimd, en kunnen meehelpen tot verbetering van het uiterlijk. Daar is in de eerste plaats de zeep. Niet elke huid kan elke soort zeep verdragen; er zijn er zelfs die, wat het gezicht aangaat, volstrekt niet moeten worden behandeld met eenige zeep, van welken aard ook. Een droge en teere huid heeft een veel omzichtiger aanraking noodig dan een vette en dikkere. Zachte handdoeken om het gelaat af te drogen, lauw water, niet te heet, ziedaar een zeer eenvoudig en zeer beproefd middel om te vrijwaren voor een noodeloos leelijke teint.
Er zijn heel veel dames, die de reinheid zoeken in het zich hardhandig afsponsen met de een of andere sterke zeep, na wandeling of reis. Op zichzelf beschouwd is deze reinheid zeer verstandig. Alleen, men kan hetzelfde doel bereiken met andere middelen. Alleen een harde, stevige huid verdraagt zulk een krachtige wrijving, en neemt elke willekeurige zeep aan. Voor de meesten is het raadzamer zich eerst te vergewissen of haar gelaat zeep verdraagt, en zoo ja, welke soort. In plaats van een spons, een zachte handdoek. Voor haar, die geen zeep kunnen verdragen, is herhaaldelijk wasschen met zacht water (regenwater is aan te bevelen), dat niet koud is, een surrogaat.
Koud water is lang niet altijd voor iedereen gezond of aanbevelenswaardig. Voor teere gestellen is het soms zeer schadelijk. Voor de huid speciaal, kan het soms zeer slechte gevolgen hebben, springen, rood-worden, etc.
Iedereen heeft gaarne, in plaats van sluik haar, een zekere golving erin. Hangt het los, dan staat dat veel mooier, wordt het opgemaakt, dan maakt het méér uit daardoor. Deze natuurlijke golving wordt door véél wasschen verkregen, echter niet te veel, omdat men daardoor het haar zou schaden. Vet haar moet meer worden gewasschen dan droog en zacht haar. Het laatste leent zich ook gauwer tot zulk natuurlijk golven. Haarwasch-middelen hiervoor zijn in elke vertrouwde apotheek te verkrijgen, ook bij goede kappers. Zij zijn niet duur, en men kan zich even goed zelf helpen als het laten doen bij den coiffeur, wat natuurlijk gemakkelijker is, maar ook duurder komt.
Wat de voor oudere dames zoo onaangename rimpels-kwestie aangaat, er is nu eenmaal niets aan te doen, kraaienpootjes, en andere dergelijke bewijzen van onze veertig jaren en daarboven, laten zich niet wegmaken of maskeeren. Waarom eigenlijk ook? Is oud worden een schande? Kan men ook met oog- en mondrimpeltjes niet gelukkig zijn? Diegenen, die dan nog maar steeds ‘jong’ willen schijnen, bedriegen zichzelf alleen, niet de anderen. - Maar zeker, er is één ding, dat die rimpeltjes zooal niet gansch op de vlucht jaagt, toch zeker doet verminderen, en dat is een gelijkmatig humeur, een opgewekt, vroolijk gelaat, een innerlijke harmonie, (want dat laatste is een onvoorwaardelijk vereischte om de eerste twee dingen te kunnen bezitten). Als ge eens oplet in vergaderingen, op straat, wáár ge ook komt, waar vele vrouwen en meisjes bijeen zijn, hoe weinigen harer heden ten dage (als haar gelaat in rust is) een gelukkig, tevreden uitdrukking bezitten, dan zult gij begrijpen wat ik bedoel. Komt het van de vrouwenbeweging, waarmede zoovelen harer vervuld zijn, komt het voort uit die jacht naar genot, die haar, welke vroeger het thuis versierden als moeder, dochter, zuster, nu doet draven van den vroegen morgen tot den laten avond naar tentoonstellingen, bijeenkomsten, clubs, vergaderingen, feesten, is het alleen een gevolg van onzen overhaasten, veel te koortsigen tijd, waarin zelfs het gewone bescheiden wandelen voor den voetganger een gevaar wordt, door de om hem heen fietsende en auto-ende menigte, om van trams, karren, wagens, niet te spreken,.... de schuld zal wel aan al die dingen tegelijk liggen, maar zeker is het, dat men o zoo weinig vrouwen ontmoet heden ten dage, die op haar gelaat die uitdrukking van kalmte, van vroolijkheid, van stil geluk dragen, welke zoo weldadig aandoet juist in háár geslacht. Hoevele zuur-benedenwaartsch getrokken lippen, hoe vele vinnig en
stijf-saamgenepen monden, hoevele in knorrig denken gerimpelde voorhoofden, hoevele door laat-werken of harde studie rood-omrande en moe-uitziende oogen!
En dat alles niet bij haar die oud werden in den strijd om 't bestaan, of door de smart van grooten tegenspoed, neen in jonge ge-