Hoofdartikel
Het Sluiten van een Huwelijk.
O, maak toch den mensch, dien de natuur een hoogere bestemming toedacht niet tot koopwaar.
Fr. Ehrenberg.
De lezeressen der Hollandsche Lelie ter overdenking, geef ik hier een wanhoopsuiting weer van een mijner jonggetrouwd-vrouwtje-kennissen, in een uurtje van vertrouwelijk-bij-elkander-zijn.
Het gesprek liep over het sluiten van een huwelijk zonder liefde in het algemeen, toen zij hartstochtelijk uitbarstte:
‘O, ik heb het immers zelf bij ondervinding, wàt het zeggen wil te trouwen zonder liefde, hoè wij vrouwen ons vernederen, diep ons vernederen, met aan te gaan een huwelijk waarvan liefde de drijfveer niet is. Als wij jong zijn, heel jong, dan dwepen wij met liefde, maar wij dwepen ook met een huwelijk, en als dan onze liefde, onze eerste jonge liefde niet beantwoord wordt, dan willen wij het toch nog niet opgeven om getrouwd te zijn, een eigen huishouden te hebben, - onze roeping te volgen, denken wij.
O, dwaal-idee, onze roeping een huwelijk zonder teederheid, onze roeping een daad van zedeloosheid, van schande!
Wij willen nuttig zijn, wij willen gelukkig maken, zoo sussen wij ons geweten in slaap, als wij aannemen meestal den eersten man die ons vraagt, die ons met vertrouwen liefheeft. En wij bedriegen hem - en bedriegen ons zelven.
Alsof er niet zoo velerlei gebied is waarop wij vrouwen ons kunnen nuttig maken en tevens dan behouden de achting voor ons zelf, want dàt is het waarop het aankomt, zonder achting voor ons zelf kunnen wij niet leven.
Ik zou mijn ondervinding tot voorbeeld willen stellen aan zoo velen, die denken dat het huwelijk alles is, ik zou aan elk jong meisje willen zeggen, dat haar liefde niet beantwoord ziet, o, denk toch niet dat je door een huwelijk met een ander kan smoren die stem van de machtigste aller hartstochten, die liefde heet, bedrieg niet den man die je alles aanbiedt, neem niet aan zijn huis, zijn voedsel, zijn kleeding, alles van hem, verkoop je niet, maar wees flink en schep je zelf een werkkring, een nuttige werkkring, die je