De Hollandsche Lelie. Jaargang 20(1906-1907)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Uit den vreemde. De Jockey naar Marie Madeleine. Scheemring zinkt op de aarde neer, regen in doffen, eentonigen val. Mij is, als dansten op 't open graf, al de bewoners van 't aardendal. Krijgsgeschreeuw en vreugdekreten, drukkende angst en bleeke nood. - - Maar over stijle bergwegen rijdt snel de grijnzende Jockey Dood. Rakelbont in zijn narrenkleed, striemt scherp zijn zweep den paarderug. En het paard is bedekt met bloed en zweet, als de jockey bestormt den bergrug. Grijnzend rijdt hij de wereld door, waar de menschheid schreeuwt en weent en lacht, - - De koude regen, die nederstroomt, snikt in den duistren nacht. JEANNE C. VAN LEYDEN. Vorige Volgende