Hoe dikwerf wordt de eenheid miskend en de verscheidenheid in haar waarde voorbijgezien!
Die verscheidenheid is een groote weldaad.
Zij is bron van wrijving van gedachten, van het tegenover elkaar plaatsen en het aan elkander toetsen van verschillende beginselen en inzichten, van strijd, waaruit allengs iets beters geboren wordt.
Een geluk is het te achten dat er op elk gebied bestaan: partijen, richtingen, stroomingen. Eentoonigheid en eenvormigheid veroorzaken een geestelijken dood. Kampen is voorwaarde van ontwikkeling en vooruitgang.
In 't gezin vertoone ieder zijn karakter. Geen op voeden van allen naar éen voorschrift. Dit is den mensch in den mensch vermoorden.
Ieder mensch moet een persoon wezen.
De maatschappij kan niet zich vervormen en groeien, tenzij gevoerd wordt de strijd tusschen onderscheiden partijen en beginselen.
Geen zich ontwikkelend staatsleven waar gemist wordt de worsteling tusschen verschillende inzichten en idealen.
Gelukkig dat er bestaan velerlei richtingen, stroomingen op godsdienstig gebied, die samen - ieder gaande haar eigen weg - zoeken naar waarheid en klaarheid.
Die verscheidenheid moet worden gewaardeerd, ja geëerbiedigd.
Niet maar ‘verdraagzaam’ wezen, neen! ten volle waardeeren!
Wij moeten ieders recht erkennen om te denken en uit te spreken, wat hij voor waar acht; wij moeten elk de vrijheid schenken om te handelen naar zijn overtuiging, tenzij de zedewet geschonden, de eisch der gerechtigheid overtreden wordt.
Eerbied voor den andersdenkende op maatschappelijk, staatkundig, godsdienstig gebied! Eerbied voor den ernstigen twijfelaar, voor de ‘zoekende zielen’. Niemand bezit de waarheid.
Niets wordt ons in den schoot geworpen. 't Beste moet worden gezocht, veroverd.
Aller taal moeten wij leeren verstaan. Ieder doe - op zijne wijze en naar de mate zijner krachten - wat hoofd en hart ingeven, wat zijne rede en geweten hem voorschrijven.
Wie voor zich vordert het recht zich zelf te wezen, beginne met anderen niet te belemmeren in hùn verlangen om zich zelf te zijn.