De vermakelijkheden van Troy, het toilet en de schouwburg.
Het is zeker niet twijfelachtig, dat waar een vrouw vier dollars per dag verdient, de noodzakelijkheid van een man bij haar zich weinig doet gevoelen, en aangezien het werk van de mannen daàrin bestaat, dat zij de rekeningen betalen van de modistes en de naaisters, is het natuurlijk, dat er heel weinig mannen zijn in een stad waar de vrouw zóóveel verdient, zoodat zij aan al hare grillen van het mooi kleeden kan voldoen.
Weinig steden zullen er dan ook zijn, waar men zoo goed gekleed is.
Indien gij op een Zaterdagavond of op een Zondag wandelt in de straten van Troy, zult ge er slechts toiletten zien, die van een perfecten smaak en een uitstekende snit getuigen.
Dat komt, omdat degenen, die ze dragen, het recht hebben om ze te dragen; geen zwartgallige echtgenoot, die de rekeningen kan uitpluizen of er over bromt; die toiletten, dat is het vaandel van hunne onafhankelijkheid.
En is het niet iets bizonders, dat de eene vrouw zich voor de andere zoo meer mooi maakt?
Wat een naijver dan, als het getal van die andere vrouwen 106.999 bedraagt?.....
Het is dus wel te grijpen, dat de schouwburgen te Troy een verleidelijker aanzien geven, dan onze parlementaire galavoorstellingen, omdat anders de zwarte rokken de meerderheid vormen, terwijl men daar met moeite een paar mannen tusschen al die vrouwen opmerkt.
Het is echter wel eigenaardig, dat de dames te Troy, in de hoedenquestie, die Parijs schijnt te passionneeren, reeds langen tijd hebben beslist: de dames te Troy komen nooit anders dan bloothoofds in den schouwburg.
Zonder twijfel bezitten die vrouwen hunne vereenigingen, hun clubs, maar geen enkel sociaal vraagstuk, noch een omwentelingsijver kan hun bezielen; zij verdienen 4 dollars per dag, zij zijn niemand rekenschap schuldig en zij dragen de sleutels van de brandkast bij zich; dit is voor hen de eenige hervorming van het feminisme. Overigens laten ze heel wijs de zorgen voor de staathuishoudkunde en het bestuur over de stad aan de mannen over.
De bizonderheid van Troy is, dat zij de stad is van honderdduizend vròuwen. Maar deze honderdduizend vrouwen blijven in den waren zin des woords - vrouwen..... Moet er nu bij gezegd worden, wat voor werk het is, wat zoo zeer hunne handigheid en netheid eischt?
Helaas, mijne waarde dames, wat men te Troy bewerkt, waàrom die honderdduizend vrouwen, daar bij elkaar zijn, dat is alleen om - boorden en borsten van overhemden te maken - overhemden voor mannen.....
De honderdduizend vrouwen van Troy maken heeren overhemden; op deze wijze zal onze mannelijke zotheid zich troosten, en dat is de eenige revanche van het sterke geslacht.