huishoudster. - Men moet of het een of het ander willen. En, om datgene wat men gekozen heeft goed te leeren en daarbij een gezond lichaam en een frisschen geest te behouden, moet men zich daaraan wijden van ganscher harte, en niet alles tegelijk beginnen. Want in de eerste plaats leert men dan niets grondig en alles half en verkeerd. En in de tweede plaats houdt het lichaam een dergelijke overspanning niet uit op den duur. De wraak die het neemt komt vroeg of laat; zij, die wraak, wordt langzaam voorbereid, maar zij komt stellig en zeker, in zenuw-ziekte, overwerktheid, slapte,... en nog veel erger dingen waarnaar gij de zenuwen vrouwen-artsen maar eens moet vragen, ja, die gij, ook zonder hun voorlichting, kunt waarnemen rondom U, als gij acht slaat op al die ouder-geworden vrouwen om U heen, die behooren tot het hier-bedoelde soort. -
In een paar ingez: stukken in dit Blad hebben gehuwde vrouwen, moeders, die zelve werken en werkten voor hun brood en een ‘gestudeerde’ opleiding ontvingen ‘Studium’ geantwoord op een wijze die haar, en ik hoop van harte velen met haar, een waarschuwing moge zijn niet alles tegelijk aan te vatten. Want, zooals deze dames schrijven, zoo is het inderdaad. Wanneer een meisje, om wat voor reden dan ook, meent te moeten gaan studeeren, of iets anders wil worden waarvoor zij een bepaalde opleiding noodig heeft, laat zij zich dan niet verbeelden, dat zij en-passant ook nog kan studeeren in huishouden-doen en opvoedkunde, enz. enz. Laat zij dan ook zich wijden aan het vak, dat zij wil beoefenen, laat zij den weg, dien zij zich koos, dan ook met vasten tred en zonder omzien betreden. -
Alleen dan is er ten minste nog eenige kans dat zij later, als zij ten slotte trouwt, een gezond lichaam en een gezonden geest zal meebrengen in haar huwelijk. En ik geloof dat die twee dingen haar dan meer zullen helpen, om haar onervarenheid in huishoudelijke zaken en haar onbekendheid met moederplichten te boven te komen, dan wanneer zij als huwelijksgift meebrengt eenige theoretische wijsheid over keuken- en waschen huishouden-inrichting en over kinderverzorging en kinder-opvoeding, maar zonder de lichamelijke kracht en de geestelijke frischheid, om die theorieën uit te voeren in de praktijk, en door eigen ervaring en oefening aan te leeren wat haar nog ontbreekt. -
De meeste meisjes trouwen zonder heel veel kennis van 't huishouden of van kinderverzorging. Maar als zij met ernst en toe-toewijding en met plichtbesef hun taak van huisvrouw en moeder aanvaarden, dan zullen zij weldra, hoe onervaren ook in den beginne, door oefening in de huishoudelijke bezigheden en door liefde tot hun gezin zichzelf ontwikkelen en opvoeden tot goede huisvrouwen, en tot verstandige, van hetgeen hun kinderen van noode hebben op de hoogte gerakende moeders. In dat opzicht dus staat het meisje, dat eerst studeerde en daarna trouwde, niet veel achter bij hare niet-gestudeerde zuster, die de jeugd-jaren doorbracht met uitgaan, tennissen, flirten. De hoofdzaak is maar dat zij in elk geval een gezond lichaam en een gezonden geest meebrengt, wanneer zij ten slotte hare eigenlijke vrouw-bestemming toch nog aanvaardt. Welnu, de kansen zijn negen en negentig tegen honderd, dat zij, reeds op zich zelf beschouwd, te veel van haar lichaam en haar geest vergde, toen zij een weg insloeg van studie en hersen-inspanning waarvoor de vrouw door de natuur geenszins is bestemd, maar waarin de dwaasheden der hedendaagsche maatschappij eenerzij ds, het hardemoeten der finantieele zorgen anderzijds haar nu eenmaal tegen wil en dank drijven. Reden te meer dus, om al het mogelijke te doen zichzelf niet noodeloos te overspannen en uit te putten, door alles tegelijk te beginnen en te willen leeren. Op die wijze wordt men een warhoofd naar den geest, en een stumper naar het lichaam!
Een man die iets beteekent in de maatschappij, een politicus, een dokter, een advocaat, een ingenieur, gebruikt immers ook zijn jonge jaren tot ernstige voorbereiding en studie in die richting waarin hij wil uitmunten, en laat zich niet met twee of drie studievakken tegelijk in. Hij werkt vlijtig, en hij gunt zich de ontspanning die zijn lichaam noodig heeft. En op die wijze wordt hij later een bruikbaar, een flink lid van de maatschappij. De vrouw dan die dit laatste wenscht te worden, 't zij uit vrije-verkiezing, 't zij uit noodzaak, volge zijn voorbeeld, neme evenzeer de gepaste ontspanning die haar lichaam en haar geest behoeven, en trachte niet zich, terloops, in haar vrije-uren, te bekwamen voor de mogelijkheid dat zij huisvrouw en moeder zal worden. Als die mogelijkheid vervulling wordt, dan is het tijd 't verzuimde in te halen met alle kracht en met alle inspanning. Dan worde het vak ter zijde gesteld, (maar ook gansch en al ter zijde)