Bericht.
In de volgende corr. hoop ik af te drukken, 't geen mij een jonge man schreef dien ik door de lezing van mijn Lelie-hoofdartikelen, zooals hij het noemt, ‘bekeerde’. - Ik vestig daarop de aandacht, omdat het mij zoo verheugt wanneer jonge mannen, door dergelijke getuigenissen, meehelpen om het kwaad tegen te gaan van onzen tegenwoordigen tijd. Om dezelfde reden plaats ik in dat volgende nommer met bijzonder veel genoegen het mij aangeboden artikel van een anderen jongen man, die mij schrijft:
‘Door dezen neem ik de vrijheid U ter plaatsing enkele pag. aan te bieden, voor de Hollandsche Lelie. Ik hoop dat U er in zal willen vinden een streven, tegen een kwaad dat onze hedendaagsche jeugd vroeg oud, vroeg rijp, vroeg rot maakt. Een kwaad dat onze jongelingen tot misselijke producten maakt van een overprikkeld zinnen-organisme, en onze jonge meisjes tot perverse nullen.
Geestesarmoede heerscht alom, gemoed en ziel zijn verdwenen; slechts bontgekleurde modepoppen dansen op de maat van hun eigen ijdelheid, op de tonen van de loftrompet, die hunne ouders over hen steken. Deze schepseltjes noemen zich de hedendaagsche haute-volée, en zullen eenmaal geroepen zijn, hunne minderbedeelde broederen te steunen in den strijd om het bestaan, en hun ten voorbeeld te strekken.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.