De Hollandsche Lelie. Jaargang 17(1903-1904)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Jezus. door Jeanne Bouberg Wilson. Zijn oogen zijn vlammen van diep blauw licht, Zijn mond is de poort van een tempel, reinheid laait van zijn aangezicht. Zijn lokken zijn een aureool omstralend zijn heilig hoofd, Zijn blik is een lach van Jehova die onneembaar geluk belooft. Hij is schoon, als de droom van Engel Hij is rein, als de lach van een kind, Hij is wijs als illuzie van wijsheid die de peinzende wijsgeer niet vindt. Hij spreekt taal, als de taal van een dichter gekust door den kus Poëzie, Zijn stem is vibratie van speeltuig der heiligste harmonie. Zijn bespiegeling over de dingen is bespiegeling van een God, Zijn ziel is verlicht door weten, zijn leven is Liefde-gebod. Zijn hart is de heilige Voorhof van gewijde cathedraal, Zijn bestaan is het offerande op altaar van Liefde-ideaal. Zijn leven is het bloeien, van vreemde heerlijke bloem, géén kent den grooten Planter, maar Hij is des Planters roem! Zijn leven is het zingen van heerlijken vrede-toon, Géén kent den grooten Zanger maar Hij is des Zangers kroon! Zijn leven is het betoogen van Wijsheids Majesteit, Géén kent den grooten Wijsgeer die Hèm tot Tolk heeft gewijd. [pagina 426] [p. 426] Zijn leven is het spreien van de zaligste zegening, Zijn denken, zijn spreken, zijn daden zijn uiting van God-heiliging. Meester.... Godmensch.... Vrede-koning Brenger van het hóógste Licht, Liefde-Planter... Zegen-Bode Gloria, Uw aangezicht Heeft in mijne ziel geblonken als ik in gepeins verzonken, schiep mij 't Ideaal van God! Hóóg, hoogheilig wijsheidswezen nóóit kunt gij genoeg geprezen ‘Liefde’ luidt Uw àlgebod. Bij Uw schoon gelaatverschijnen voelt mijn dichter-ziel, zich reine bloem ter Uwer eer geplant. Laat mijn zang extaze zingen om de heerlijk groote dingen, om de werken van Uw hand. O, Meester, ik kus den zoom van Uw wit gewaad, als ik in mijn vroomsten droom aanschouw Uw verheerlijkt gelaat. O, Meester, dan ziet gij mij aan met een blik dien ik méérder zag, dàn glijdt door Uw heilige oog, Uw bekende mysterie-lach. O, Meester, dan heft gij de hand, met een gebaar dat ik kèn, O, Meester, dan droom ik van tijd dat ook ik Uw discipel ben! Vorige Volgende