De Hollandsche Lelie. Jaargang 17
(1903-1904)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdHandschriftbeoordeeling.I.‘J.V.’ Algemeene indruk: medelijdend, gevoelig, doch dikwijls kattig karakter. verstandelijke ontwikkeling. - geestelijke ontwikkeling. - diep, rustig, tevreden zieleleven. - goedhartig, medelijdend, gevoelig. - zucht tot tegenspraak. - kattig. - zuinig. - schoonheidsgevoel en kunstzin. - huiselijk. - romantisch. - niet practisch, niet logisch. - geschiktheid tot onderwijzen. - terughoudend, ingetogen. - vastberaden. - vasthoudend. - trotsch. - trouw. - idealistisch. | |
II.‘PETRA.’ Algemeene indruk: egoïstisch, vol van eigenliefde, doch zelfbewust karakter.
ondernemend, dapper. - eerzuchtig. - vroolijk, hoopvol. - wilskracht (vrij sterk). - egoïstisch (in vrij sterke mate). - spaarzaam. - genotzucht en vreugde bij stoffelijk bezit. - idealistisch. - aanleg voor grootheidswaanzin. - niet practisch, voorbarig. - slordig. - zucht tot tegenspraak. - ijdel (in vrij sterke mate). - hardnekkig, strijdlustig. - openhartig. - vastberaden. - heerschzuchtig. - onverdraagzaam. zucht naar opschik. - ingebeeld, hoogmoedig, zelfbewust. | |
III.‘DOLLY.’ Algemeene indruk: overgevoelig, zinnelijk, doch zelfbewust karakter. treurig, neerslachtig, moedeloos. - scherp, bitter. - egoïstisch. - zinnelijke neiging (in vrij sterke mate). - gevoelig, dikwijls overgevoelig. - genotzucht en vreugde bij stoffelijk bezit. - huiselijk. - romantisch. - onpractisch, onlogisch. - slordig - gesloten, terughoudend. - | |
[pagina 421]
| |
wantrouwend. - onduldbare geest tot tegenspraak. - voorbarig. - slim, listig. - vastberaden, moedig. - zuinig, materialistisch. - zelfbewust. - trotsch. | |
IV.‘JONGE VROUW.’ Algemeene indruk: hartstochtelijk, gevoelig, flink karakter.
hooge ontwikkeling. - diep zieleleven. - opgeruimd, vroolijk. - eerzuchtig, ondernemend. - wilskracht (in groote mate). - groote goedheid, gevoeligheid. - roekeloos, heerschzuchtig, despotisch, geweldig, brutaal, strijdlustig. - schoonheidsgevoel en kunstzin. - genotzucht en vreugde bij stoffelijk bezit. - idealistisch, minachting voor de koude werkelijkheid. - vastberaden, moedig, hardnekkig. - aanleg tot grootheidswaanzin. - trotsch. - niet practisch, niet logisch, voorbarig. - getallenzin sterk ontwikkeld. - melancholisch (bij tusschenpoozen). - weleens verlegen in gezelschap. - spaarzaam. - geschikt tot onderwijzen. - gesloten, terughoudend.Ga naar voetnoot*) | |
V.Algemeene indruk: eenvoudig, gevoelig, medelijdend karakter. diep, rustig, tevreden zieleleven. - goedhartig, medelijdend. - gevoelig. - schoonheidsgevoel en kunstzin. - huiselijk. - niet practisch, niet logisch. - verlegen in gezelschap. - eenvoudig. - kattig. - geschiktheid tot onderwijzen. - spaarzaam. - normale ontwikkeling. - gesloten, terughoudend. - slim. - idealistisch. - meer levendigheid dan wilskracht. - zekere voornaamheid in voorkomen en manieren. - geestig. - vasthoudend. | |
VI.Algemeene indruk: goedhartig, medelijdend, eenvoudig karakter. rustig, kalm zieleleven. - groote goedheid, vrijgevig. - schoonheidsgevoel en kunstzin. - genotzucht en vreugde bij stoffelijk bezit. - niet logisch, niet practisch. - spaarzaam. - zekere voornaamheid in voorkomen en manieren. - geschiktheid tot onderwijzen (zal wel onderwijzeres zijn). - normale ontwikkeling. - onduldbare geest tot tegenspraak. - voorzichtig, wantrouwend. - gesloten, terughoudend. - meer levendigheid dan wilskracht. - trouw. - idealistisch. - eenvoudig.
HANDSCHRIFT-BEOORDEELAAR.
(Wordt vervolgd). |
|