De Hollandsche Lelie. Jaargang 17

Ingezonden stukken.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.

I.

5 Oct. '03 Den Haag, Daendelstraat 8.

Evenals ieder jaar is het onze plicht om weder een waarschuwend woord te doen hooren tegen het dragen van vogels of vederen op hoeden. Wordt men dan nooit doordrongen van het gevoel, dat het eene immoreele mode is, om niet eens te spreken van het gevaar van algeheele uitroeiing der nuttige, fraaie, onschuldige schepselen.

Wij hebben hoeden gezien, waarvan de randen versierd waren door 10 of 12 kopjes van kleine vogeltjes, die bij hun leven een sieraad waren der schepping, maar nu met hun kralenoogjes een treurigen indruk maken. Het is walglijk, barbaarsch en zondig. Aan wien de schuld, dat eene dergelijke schande voor de beschaafde maatschappij nog blijft bestaan? Aan de koopsters! Aan de vrouwen, die met opgeheven hoofd, zonder schaamte dergelijke hoeden durven dragen; zoodra de verkoopers geen aftrek meer vinden voor dergelijke waar, slaan ze die ook niet meer in. De koopsters dus klagen wij aan! Handelen ze zoo uit onwetendheid of uit wreedheid? Wij hopen, dat onwetendheid hen doet zondigen, want die toch is gemakkelijk te verbeteren. Gratis kan ieder die wil onze brochures krijgen, benevens alle inlichtingen, die men maar verlangen kan. Is men eenmaal overtuigd van het groote nut der zaak, dan twijfelen wij niet, of de leden zullen ons toestroomen. Vijftig cent per jaar, en tien cent voor leden beneden de 16 jaar kan ieder wel betalen, en wij gebruiken dat geld weer om op ruime schaal propaganda te maken voor onze zaak.

Namens het Hoofdbestuur der Ned. Ver. t. besch. van vogels.

Jonkvrouwe S. v. CITTERS,

Secretaresse.

II.

Hoogwelgeboren Jonkvrouwe,

Naar aanleiding van de twee stukken over Reformkleeding en Uw antwoord daarop, kom ik U beleefd verzoeken ook nevensgaand stukje uit de meestgelezen Friesche bladen te willen overnemen, waaraan ik hier nog gáárne 't volgende zou toevoegen:

Een goede borstdrager (niet tevens rokdrager) houdt de buste beter op dan een corset, n.l. een corset, dat door de massa maar zoo gekocht wordt, omdat men er niet aan denkt 't zich te laten aanmeten òf daartoe niet in de gelegenheid is. Men zal dan véél minder last hebben van

[p. 255]

‘een sterk ontwikkelde buste, die haast ineengroeit met een even vooruitspringenden buik’ wat ook ik foei-leelijk vind, en bovendien zal men dan langzamerhand slanker om buik en heupen worden, maar iets dikker in de taille, wat reeds de aangename ervaring van velen is en o.i. 't figuur ten goede komt. Is dit al niet een bewijs, dat een corset de natuurlijke ontwikkeling van 't lichaam tegenhoudt, min of meer misvormt?

‘Over smaak valt niet te twisten,’ zegt men vaak. Nu, ik zie liever een ‘hobbezak’ (dikwijls een mislukt reform, van iemand die 't niet past 't ding maar weg te doen, òf 't nog verder te verknoeien, waarin 'k dus de goede bedoeling van de draagster apprecieer) dan een.... wespentaille.... Sedert '98 is ook mijn smaak in de kleeding gewijzigd. Een wespentaille vind ik nu in één woord.... ijzig.... Werkelijk om bij te huilen, dat men nòg zóó idioot kan zijn. Wil men beslist een corset dragen, welnu, laat men 't dan zóó doen, dat er nog een menschentaille in te zien is, wat U zeker wel met mij eens zult zijn, nietwaar?^*)

Met hoogachting:

Uwe dienstwillige

Sneek 4/9 03.

W. PELSMA.

*) Noot red:
Mijn lieve juffr: Pelsma, ik heb tot mijn spijt Uw bezoek gemist. Als U mij gezien hadt, dan zoudt U er zeker niet aan twijfelen, dat ik inderdaad een ‘menschentaille’ bezit. Hierin zijn wij het dus volmaakt ééns!

Reformkleeding.

M. de Red.!

Mag ik U beleefd verzoeken, aan 't onderstaande een plaatsje in Uw blad te geven?

Er wordt ook in Friesland al veel ‘reform’ gedragen maar menigeen maakt er een paskwil van wegens onbekendheid met de eischen enz., waarom ik niet nalaten kan, eens even hiertegen op te komen. M.i. moet men geen reform dragen, als men 't niet uit beginsel doet, als men niet voldoende met de idee op de hoogte is, als men niet weet, wàt en hoe een en ander moet gedragen worden, want niet op de boven- maar op de onderkleeding komt 't het meest aan. Is 't o.a. niet onzinnig een corset onder een reformjapon? Voor een massa vrouwen is een goede borstdrager een eerste vereischte, maar meestal wordt die tevens voor rokdrager gebruikt en bovendien zijn voor velen de schouders te smal, wat tengevolge heeft, dat dit kleedingstuk niet bevalt en zij daardoor tot 't corset terugkeeren. Onlangs zag ik ergens in een winkel een keurige reformjapon, die vrijwel in ieders smaak viel. Ik dacht er zelfs over een model er naar te nemen, maar toen 'k die in handen kreeg, o! vreeslijk! welk een zwaarte en welk een dikke, harde naad op de schouders! zoodat 'k dan ook zei: ‘nu, de draagster daarvan mag wel sterke longen en ongevoelige schouders hebben, anders krijgt ze spoedig genoeg van ‘reform’. Zoo brengen dus o.m. modezucht en onoordeelkundig-werken-in-dezen de zaak in miscrediet. Als men zoo goed met reform op de hoogte is, dat men zich er mede kan redden, zèlf een en ander kan maken, of laten maken, òf men zich bij 't koopen door een deskundige kan laten voorlichten, dan zal men ondervinden: niet alleen welk een gemak deze dracht geeft, en hoe aangenaam zij is, maar óók dat de beurs er wèl bij vaart, (geldzorgen) zoo niet direct dan toch op den duur, wat ik beter kan aantoonen, dan zeggen, n.l. in een kort bestek zeggen. Was te Leeuwarden of te Sneek nu maar een voldoend aantal leden van de Vereeniging voor verbetering van vrouwenkleeding (kortweg de 5 V's genoemd) in of bij de stad, dan zou er een Afdeeling of Onderafdeeling kunnen zijn, zooals reeds in de meeste groote en kleinere plaatsen van ons land. Dàn zou er zeer zeker niet zóó veel voor reform worden gemaakt en verkocht, wat geen reform is en juist dáardoor gevaarlijk wordt. Dan zouden o.a. doozen met modellen worden aangeschaft en in de eerste plaats de ronde kunnen doen bij naaisters en winkeliers, wie 't verder niet aan de noodige in- en toelichtingen zou ontbreken.

Ik hoop, dat dit schrijven velen moge bewegen lid te worden, mannen zoowel als vrouwen (mannen natuurlijk in 't belang hunner vrouwen, dochters en zusters.) De contributie bedraagt f2,50 per jaar, maar wie meer wil betalen? Dat meerdere is zeer zeker ook een aanwinst voor de zaak. Men ontvangt dan elke maand een blad, geheel hieraan gewijd met patronen enz. Wie nadere inlichtingen verlangt en modellen wil zien, vervoege zich den éérsten Woensdagavond van elke maand van 8,5 tot 9,5 in de bewaarschool a.d. Oude Koemarkt te Sneek. Of men wende zich direct tot de secretares van 't hoofdbestuur, Mejuffrouw Kersten te Haarlem, Dreef 20,

Een verblijdend teeken mag 't zeker heeten, dat er nu reeds meer dan 2000 leden zijn, waarvan in Friesland de meeste te Sneek!

Dat ook Leeuwarden, Frieslands hoofdstad, niet achterblijve!

Met vriendelijken dank, hoogachtend,

Sneek, 30/8 '03.

W. PELSMA.