Visser, Ed(uard)
Achterop Podium van februari - maart 1964 staat een foto van Ed Visser, vergezeld door een briefje van hem aan een ‘Zeergeleerde Heer’, aan wie hij ‘ingevolge uw telefonisch verzoek van 10 april’ enige personalia verschaft. ‘Uw snelle reactie heeft mij verbaasd en verheugd’, beëindigt Visser dit briefje. De aangeschreven persoon zal deel hebben uitgemaakt van de redactie van Podium. Die bestond toen uit Remco Campert, Gust Gils, W.F. Hermans, H.J.A. Hofland en J. Vrijman. De enige zeergeleerde heer in dit gezelschap is W.F. Hermans.
Eduard Visser debuteerde als Ed Visser in dit nummer van Podium (jrg. 18, nr. 5-6). In een interview in 't Kofschip lichtte hij dat in 1985 nader toe. ‘Op een keer wilde ik eindelijk voor eens en altijd weten of ik nu kon schrijven of niet. Als het goed was wilde ik het publiceren, als bleek dat ik niet kon schrijven zou ik er voorgoed mee ophouden. Ik was destijds een groot bewonderaar van Hermans - nu nog trouwens - en besloot hem een aantal van mijn verhalen op te sturen, zijn oordeel zou ik dan als bindend beschouwen. Tot mijn grote verbijstering kreeg ik twee dagen later een enthousiaste reactie van Hermans dat hij mijn werk zeer goed vond en dat hij het zou publiceren in “Podium”, waarvan hij toen redacteur was. De verhalen werden geplaatst en kort daarop kreeg ik vier aanbiedingen van uitgeverijen voor een debuutbundel, waaronder Meulenhoff en De Bezige Bij. Ik koos voor Meulenhoff omdat hij nu eenmaal de uitgever van “Podium” was en daarop verscheen mijn debuutbundel Twee handen van zwart.’
Collectie Delvigne
Eduard Visser was Hermans al te dankbaar. De oorspronkelijkheid van zijn debuut was volgens Kees Fens in zijn volgend werk verdwenen: ‘W.F. Hermans sprak in te veel verhalen mee’ (Literair lustrum I, p. 59).
In de bundel Verboden toegang (1989) betreurde Wilbert Smulders het dat Hermans zich niet met de volgende generatie schrijvers heeft bemoeid, een steun die Hermans zelf wel heeft gehad. Smulders vergeet dan dat Hermans Eduard Visser voor de Nederlandse literatuur ontdekt heeft.