Helikon. Jaargang 3(1933)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Donzen geluk voor Jan Greshoff In verrukking stamelt hij haar naam; witte bloemen waaien stralend open, en de ruit slaat aan van liefdes aâm (gij vergeeft de samentrekking, mag ik hopen?) Dit is mooier dan het bruidstoetlopen, daartoe toch is ieder wel bekwaam; Dit geluk is wit en zonder naam vóór de vlugge persen 't roetzwart dopen in de trouwrubriek met andren saam. Durf te vluchten uit de santekraam vóór de vreugde op u nederdruppelt uit een suik'ren kraan, laf amalgaam van hoera's en blommen, dit infaam tralala, dat aan de zijde huppelt van een bruigom zonder vrees of blaam. Leo van Breen Vorige Volgende