Helikon. Jaargang 2(1932)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 99] [p. 99] Epitaaf (Gérard de Nerval) Hij heeft geleefd nu eens vroolijk en zonder gedachten, verliefd en luchthartig en teeder om beurt, dàn weer somber en triest voor zich heen getreurd; eens hoord' hij hoe achter zijn deur iemand lachte. 't Was de Dood. Hij verzocht Hem even te wachten tot hij 't eindrijm van zijn sonnet had gekeurd, en heeft hierop niet meer om uitstel gezeurd, maar stil zich gestrekt waar zijn adem versmachtte. Hij was lui, naar ons de historie verhaalt, en vaak is de inkt in zijn koker verschaald; hij wild' alles weten, maar heeft niets gekend - en toen, op dien avond, 't uiteindelijk moment een moe leven afsloot en zijn ziel werd genomen, ging hij heen met de zucht: waarom ben ik gekomen? Emile van der Borch Vorige Volgende