Helikon. Jaargang 2(1932)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 90] [p. 90] Mijmerij Teere geur van boschviolen, bloeiend in de maand van Mei, deed mijn denken zacht verdolen tot een blijde mijmerij over kleine kostbaarheden, die in 's levens ruw getij schoonheid's diepen zin beleden met hun stille tooverij. Zijn het niet de simple dingen, die ons troosten in verdriet? 't Is het schuchterhelle zingen van een vogel in het riet. 't Is het zoet verrukkelijke van een kleine kinderhand, die zoo gretig wou gaan plukken kleine paarse herfstchrysant. 't Is het innige legato en de heldere mystiek van een geestig snel staccato: Mozart's Kleine Nachtmusik. - Maar is niet de prilste staat van des levens diep geheim 't klein juweel van klank en maat, 't lied, het avontuurlijk rijm? Johan de Molenaar Vorige Volgende