Helikon. Jaargang 1(1931)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De strophe en de nacht (Naar F.M. Corbalan) Gelijk een verschrikte meeuw, een meeuw, die luide klapt, luide met haar vleugels klapt, klapwiekt eensklaps door de nacht een strophe wit als sneeuw - verdoolde vogel door duisternis verblind, drijft verbijsterd op een loggen wind, wapperend, wiegend, zonder stuur, een vlam, een popelend vliegend vuur - zij worstelt met het duister, zij wordt door 't duister nagezet, nacht wil de klare strophe vangen, nacht wil haar grijpen in zijn somber net. Willem ten Berge Vorige Volgende