De heilige boeken van het oude verbond. Deel 4. Het boek der Psalmen
(1933)–Anoniem De heilige boeken van het oude verbond– Auteursrecht onbekend
[pagina 366]
| |||||||||||||
Psalmus CXXVII.
|
1. Canticum graduum.
Beati omnes, qui timent Dominum, qui ambulant in viis ejus. |
1. Een gezang der opgangenGa naar voetnoot1).
Gelukkig allen, die den Heer vreezen, die wandelen op zijne wegenGa naar voetnoot2). |
2. Labores manuum tuarum quia manducabis: beatus es, et bene tibi erit. | 2. Want de werken uwer handenGa naar voetnoot3) zult gij eten, gelukkig zijt gij en wel zal het u gaan. |
3. Uxor tua sicut vitis abundans, in lateribus domus tuae.
Filii tui sicut novellae olivarum, in circuitu mensae tuae. |
3. Uwe huisvrouw zal gelijk een weelderige wijnstok aan de zijden van uw huis zijnGa naar voetnoot4);
uwe kinderen, als spruiten van olijvenGa naar voetnoot5), rondom uwe tafel. |
4. Ecce sic benedicetur homo, qui timet Dominum. | 4. Zie, zoo wordt de man gezegend, die den Heer vreest. |
5. Benedicat tibi Dominus ex Sion: et videas bona Jerusalem omnibus diebus vitae tuae. | 5. Zegene u de Heer uit Sion, en moogt gij de zegeningen van Jerusalem aanschouwen alle dagen van uw levenGa naar voetnoot6), |
6. Et videas filios filiorum tuorum, pacem super Israel. | 6. en de kinderen van uwe kinderen zien, den vrede over IsraëlGa naar voetnoot7)! |
- voetnoot1)
- Zie Psalm CXIX noot 1. De inhoud van dezen Psalm heeft veel overeenkomst met dien van Psalm I; hier wordt echter (v. 3) een bijzondere nadruk gelegd op het huiselijk geluk. Wanneer en door wien deze liefelijke Psalm gedicht werd, is onbekend.
- voetnoot2)
- Op den weg van Gods geboden.
- voetnoot3)
- De vruchten van geheel uw leven en streven zult gij ten volle, in rust en vrede genieten.
- voetnoot4)
- Gelijk een weelderige wijnstok zich aan de zijden van uw huis hecht en overvloedige vruchten voortbrengt, zoo zal uwe bezorgde en gezegende huisvrouw alleen voor uw huisgezin leven en u rijken zegen (v. 3b) aanbrengen. Hebr.: ‘Uwe huisvrouw zal als een weelderige wijnstok zijn in het binnenste van uw huis’.
- voetnoot5)
- Gij zult edelaardige, krachtige en veelbelovende kinderen hebben.
- voetnoot6)
- Hier worden alle vrome Israëlieten bedoeld. De zegeningen van Jerusalem zijn het onderpand der welvaart van ieder in het bijzonder.
- voetnoot7)
- Hebr.: ‘Vrede zij over Israël’!
- De H. Augustinus legt de beloften van dezen Psalm in hoogeren zin uit als geestelijke beloften aan diegenen gedaan, die, met Christus vereenigd, God in vreeze dienen. Bij uitstek werd overigens de inhoud van dezen Psalm vervuld in den Godmensch: deze immers vreesde God (v. 1), wiens wegen Hij bewandelde; daarom (v. 2) geniet Hij thans ter rechterhand zijns Vaders de vrucht van zijnen arbeid; de Kerk, zijne bruid, schenkt Hem talrijke zonen, die aan den disch zijner genaden en vooral zijner H. Eucharistie aanzitten. Moge zijne Kerk (v. 5-6) onder Gods zegen eeuwige welvaart genieten!