Aan elken toegang tot het kazernecomplex wordt - indien en zoolang die toegang geopend is - een schildwacht of een met portiersdienst belaste militair geplaatst; indien deze zijn post moet verlaten, zonder te zijn afgelost, sluit hij tevoren den toegang tot het kazerneterrein af.
Schildwachten te voet brengen den militairen groet en den militairen eeregroet in al de gevallen, waarin dit door een afzonderlijken soldaat of door een wacht geschiedt. Geldt het eerbewijs den commandant van een gewapende troep, dan eindigt het eerbewijs eerst, wanneer die troep is voorbijgetrokken; binnen een kazernecomplex of in een legerplaats brengen zij den groet voor alle militairen boven den rang van korporaal. Aan ridders der militaire Willemsorde, die het modelkruis zichtbaar dragen, brengt de schildwacht den militairen groet als voor officieren is voorgeschreven.
De met het pistool (de revolver) bewapende schildwacht groet als de ongewápende militair. Voor korporaals verricht de schildwacht geen eerbewijzen.
De schildwacht stelt zich, tot het brengen van den militairen groet en van den militairen eeregroet, twee passen rechts van zijn schilderhuis op, tenzij dienaangaande in zijn bijzondere verplichtingen anders is bepaald, of wanneer hij zich op zoodanigen afstand van zijn schilderhuis bevindt, dat het eerbewijs niet tijdig zou kunnen worden gebracht. In het laatste geval wordt de groet gebracht ter plaatse, waar hij zich bevindt.
Dubbelposten stellen zich, behoudens het in den voorgaanden volzin vermelde voorbehoud, tusschen hun schilderhuizen en op twee passen zijwaarts daarvan op; zij brengen de eerbewijzen gelijktijdig.
Schildwachten te paard doen hun paarden stilstaan en blijven in de houding met de sabel in de houding van ‘draagt = sabel’; zij presenteeren de sabel in de gevallen, waarin voor den schildwacht te voet het presenteeren van het geweer (de karabijn) is voorgeschreven.
Ongeacht de bijzondere verplichtingen, welke voor den schildwacht in verband met het doel en de plaats van zijn post, worden vastgesteld, gelden voor alle schildwachten de volgende algemeene gedragsregels:
a. | Niet in beweging zijnde schildwachten te voet staan, in de houding van ‘op de plaats-rust’, met het geweer (de karabijn) bij den voet, twee passen rechts van hun schilderhuis, tenzij in de bijzondere verplichtingen dienaangaande anders is bepaald; dubbelposten plaatsen zich tusschen hun schilderhuizen. |
b. | In beweging zijnde schildwachten te voet loopen in de houding, met het geweer (de karabijn) aan den schouder, in de tijdmaat van den gewonen pas heen en weer, dubbelposten zoodanig, dat
|