Handboek voor den soldaat (KMA Breda)
(1937)–Anoniem Handboek voor den soldaat– Auteursrecht onbekend
[pagina 85]
| |||||||||||||||||||||||
Hoofdstuk XVII. Dienstplichtwet. Verplichtingen tijdens het groot verlof. Buitengewone oproeping. Ontslag. Vrijwillig verblijf in werkelijken dienst. Lees ook het hieromtrent gestelde in het zakboekje!Werkelijke dienst.De buitengewone dienstplichtigen zijn in het algemeen alleen verplicht tot het vervullen van werkelijken dienst in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden. De gewone dienstplichtigen zijn in het algemeen verplicht tot het vervullen van werkelijken dienst:
De duur der eerste oefening bedraagt voor de gewone dienstplichtigen van de landmacht:
De duur der herhalingsoefeningen bedraagt ten hoogste 40 dagen. Deze oefeningen kunnen over twee of meer tijdvakken worden verdeeld. Voor zooveel noodig, duurt voor de onderofficieren elke herhalingsoefening zeven dagen langer dan voor de andere dienstplichtigen. De dienstplichtigen van den luchtvaartdienst zijn vrij van herhalingsoefeningen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 86]
| |||||||||||||||||||||||
De dienstplichtige wordt voor het vervullen van herhalingsoefeningen gerekend te behooren tot de lichting, met welke hij de eerste oefening heeft beëindigd. Aan dienstplichtigen, die in werkelijken dienst wenschen te komen buiten den tijd, welken zij in werkelijken dienst moeten doorbrengen, kan dit door den Minister van Defensie worden vergund. De dienstplichtige kan, als hij voor groot verlof in aanmerking komt, in werkelijken dienst worden gehouden:
De dienstplichtige, die niet in werkelijken dienst is, kan ter zake van de onder c omschreven reden in werkelijken dienst worden geroepen. | |||||||||||||||||||||||
Groot verlof.Zoodra voor een dienstplichtige een tijdvak aanbreekt, waarin hij niet in werkelijken dienst is, noch in werkelijken dienst behoeft te zijn, treedt hij in het genot van groot verlof. Alle tot mobilisatiekleeding en -uitrusting behoorende voorwerpen, welke bij vertrek met groot verlof door den dienstplichtige worden medegenomen, worden in den daartoe bestemden staat in het zakboekje aangeteekend. Deze aanteekeningen worden door den dienstplichtige voor ‘gezien’ geteekend, nadat hij zich heeft overtuigd, dat hij inderdaad in het bezit is van de in het zakboekje aangeteekende goederen. Aan dienstplichtigen, die na vertrek met groot verlof
| |||||||||||||||||||||||
[pagina 87]
| |||||||||||||||||||||||
kan, zoo zij zich tijdig van burgerkleeding kunnen voorzien, worden vergund, de militaire kleeding en uitrusting vóór het vertrek met groot verlof in te leveren en in burgerkleeding huiswaarts te vertrekken. Deze inlevering geschiedt eveneens, wanneer de dienstplichtige, na met groot verlof te zijn vertrokken, in een der genoemde omstandigheden komt te verkeeren. Alvorens met groot verlof te vertrekken, dient de dienstplichtige bekend te zijn met zijn mobilisatiebestemming en de plaats van aanmelding in geval van mobilisatie. (Zie de lastgeving in het zakboekje). In het zakboekje bevinden zich:
Het dragen van de van rijkswege verstrekte boven- en onderkleeding, schoeisel en uitrustingstukken is aan de dienstplichtigen tijdens het groot verlof verboden, behoudens:
Zij, die met groot verlof naar het buitenland vertrekken, zijn verplicht om òf in burgerkleeding uit de kazerne te vertrekken, òf aan het grensstation in Nederland de militaire kleeding tegen burgerkleeding te verwisselen. De groot-verlofganger doet binnen veertien dagen na den dag, | |||||||||||||||||||||||
[pagina 88]
| |||||||||||||||||||||||
waarop hem na den aanvang der eerste oefening voor de eerste maal groot verlof is verleend, volledige opgaaf van zijn adres aan den burgemeester eener Nederlandsche gemeente.Ga naar voetnoot1) De opgaaf geschiedt in de gemeente, waarin de verlofganger gevestigd is of zich vestigt. Indien hij niet in Nederland gevestigd is of zich vestigt, zoomede indien hij zich bij vertrek met groot verlof tijdelijk buiten Nederland begeeft, doet hij de opgaaf in de gemeente zijner keuze. Hij, die zich dadelijk na vertrek met groot verlof naar het buitenland begeeft, handelt in zijn eigen belang door de opgaaf te doen reeds vóór hij Nederland verlaat, desgewenscht bij den burgemeester van de gemeente, waar hij laatstelijk in werkelijken dienst was. De groot-verlofganger, die van adres verandert, doet binnen veertien dagen daarna volledige opgaaf van zijn nieuw adres aan den burgemeester der gemeente, waar hij laatstelijk als groot-verlofganger werd ingeschreven. Is deze gemeente hem niet bekend, dan doet hij de opgaaf aan den burgemeester der gemeente, waar hij voor den dienstplicht werd ingeschreven. Heeft hij zich in een andere gemeente in Nederland gevestigd, dan doet hij zoodanige opgaaf binnen veertien dagen na de vestiging tevens aan den burgemeester van laatstbedoelde gemeente.Ga naar voetnoot1) De groot-verlofganger, die zich buitenslands begeeft ter zake van de uitoefening van de zeevaart, zorgt, dat de burgemeester der gemeente, waar hij woont, of, indien hij in deze gemeente niet in het register van dienstplichtigen staat ingeschreven, de burgemeester der gemeente, waar hij voor den dienstplicht is ingeschreven, vóór den aanvang van de reis hiermede in kennis wordt gesteld en voortdurend op de hoogte blijft van de verdere reizen, die hij doet. Bij de kennisgeving doet de groot-verlofganger steeds opgaaf van de maatschappij, reederij of onderneming, in wier dienst hij de reis of reizen onderneemt, en zoo mogelijk van den datum van aanvang der reis. Doet de groot-verlofganger twee of meer gelijke zeereizen binnen den tijd van zes maanden, dan behoeft hij de kennisgeving eerst te herhalen bij het aanvaarden van de reis, die het eerst volgt, nadat zes maanden sinds den aanvang van de eerste der bedoelde reizen zijn verstreken. De groot-verlofganger, die in dit geval verkeert, geeft aan den burgemeester van terugkomst in Nederland alleen kennis binnen 14 dagen na eindiging van de laatste der binnen het tijdvak van zes maanden gedane reizen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 89]
| |||||||||||||||||||||||
Doet de groot-verlofganger een zeereis van langer dan zes maanden, dan geeft hij bovendien van zijn terugkeer aan bedoelden burgemeester kennis binnen 14 dagen nadat hij weder in Nederland is aangekomen. De groot-verlofganger, die zich buitenslands begeeft ter zake van de uitoefening van de zeevisscherij, zorgt, dat de burgemeester vóór zijn vertrek naar zee in kennis wordt gesteld met den datum van dat vertrek, den vermoedelijken duur van den tijd, waarvoor hij zich ter uitoefening van die zeevisscherij verbonden heeft, en den naam van de maatschappij of reederij in wier dienst hij de visscherij uitoefent. Ook van zijn terugkeer geeft hij binnen 14 dagen na aankomst in Nederland aan dien burgemeester kennis.Ga naar voetnoot1) De groot-verlofganger, wien een zakboekje is uitgereikt, legt dit over zoowel bij de eerste als bij elke latere opgaaf van adres. In geval van vestiging in een andere gemeente in Nederland geschiedt deze overlegging alleen in de gemeente, waarin de nieuwe woonplaats is gelegen. In geval van verandering van adres in het buitenland behoeft de overlegging niet plaats te hebben. Voor de bovenbedoelde opgaven kan niet worden volstaan met een kennisgeving bij het bureau voor het bevolkingsregister ter gemeentesecretarie, doch moet de dienstplichtige zich wenden tot de afdeeling van die secretarie, bij welke de militaire zaken worden behandeld. De groot-verlofganger is verplicht, de tot zijn uitrusting behoorende goederen, voor zoover deze hem zijn uitgereikt of door hem zelf zijn aangeschaft, naar behooren te bewaren en te onderhouden, zoomede te zorgen, dat zij niet worden gebruikt buiten de gevallen, door den minister aangewezen.Ga naar voetnoot1) De groot-verlofganger is verplicht, om in de gevallen en naar de voorschriften, door den minister vast te stellen, goederen in ontvangst te nemen of in te leveren.Ga naar voetnoot1) Voor zoover de minister het noodig acht, is de groot-verlofganger verplicht, zich elk jaar eenmaal te onderwerpen aan een onderzoek. Hij verschijnt daarbij in uniform gekleed en bovendien voorzien van de overige aan hem uitgereikte of door hem zelf aangeschafte militaire goederen.Ga naar voetnoot1) Het onderzoek heeft zooveel mogelijk plaats in de maand Juni; de burgemeester brengt de regeling, voor zooveel zijn gemeente betreft, ter kennis van de daarbij betrokken verlofgangers, zoowel bij openbare als bij persoonlijke kennisgeving. De groot-verlofganger, die de hiervoren omschreven verplichtingen | |||||||||||||||||||||||
[pagina 90]
| |||||||||||||||||||||||
ten aanzien van het in ontvangst nemen of inleveren van goederen en het zich onderwerpen aan een onderzoek niet naleeft, of wiens goederen bij de inlevering of bij het onderzoek blijken niet in den vereischten staat te verkeeren, kan nogmaals worden verplicht tot gelijke handelingen, als in de desbetreffende bepalingen omschreven.Ga naar voetnoot1) De groot-verlofganger staat bij het onderzoek en zoolang hij ter gelegenheid van het onderzoek in uniform gekleed is, alsmede zoolang hij aanwezig is bij de inlevering van goederen, onder de bevelen van de autoriteit, die het onderzoek houdt of met het in ontvangst nemen van goederen belast is. Op den dienstplichtige rust de verplichting, om bij weder opkomst in werkelijken dienst in uniform gekleed te zijn en tevens voorzien te zijn van zijn zakboekje en van de verdere tot zijn verlofs-uitrusting behoorende goederen. Hij is verplicht te zorgen, dat al deze goederen gedurende den verloftijd en bij weder-opkomst in werkelijken dienst verkeeren in denzelfden staat, waarin ze bij zijn vertrek met verlof verkeerden. In geval van beschadiging, zoekraken of verloren gaan van aan een dienstplichtige toevertrouwde rijksgoederen is deze, onverminderd de overige daaraan verbonden gevolgen, verplicht de deswege ontstane schade aan het Rijk te vergoeden, tenzij hij aantoont of althans aannemelijk maakt, dat de schade niet aan zijn schuld is te wijten. Indien kleeding- en uitrustingstukken, welke bij vertrek met groot verlof zijn medegenomen, door brand, desinfectie, als anderszins zijn verloren gegaan of onbruikbaar geworden, worden dergelijke voorwerpen eerst bij terugkeer in werkelijken dienst opnieuw verstrekt. | |||||||||||||||||||||||
Buitengewone oproeping in geval van oorlog of oorlogsgevaar (mobilisatie).De dienstplichtige wordt voor geval van buitengewone oproeping gerekend te behooren tot de lichting, met welke hij de eerste oefening heeft beëindigd. De oproeping tot buitengewone opkomst in werkelijken dienst geschiedt door den burgemeester bij ‘Openbare kennisgeving’. Hierbij worden onderscheiden o.a.:
| |||||||||||||||||||||||
[pagina 91]
| |||||||||||||||||||||||
Van de bovenbedoelde verlofgangers behoeven aan de buitengewone oproeping niet of althans tot nader order niet te voldoen:
Personeel, hetwelk naar de aanvullingsreserve is overgegaan, is bestemd, voor zooveel zulks noodig mocht blijken, nà algemeene mobilisatie in werkelijken dienst te komen. In dat geval zal het bij afzonderlijke ‘Openbare kennisgeving’ worden opgeroepen. In de ‘Openbare kennisgevingen’ betreffende de vóór-mobilisatie en de gedeeltelijke mobilisatie wordt de opkomstdag, in die betreffende de algemeene mobilisatie wordt de eerste mobilisatiedag vermeld. De ‘Openbare kennisgeving’ geldt als bewijs, dat de oproeping behoorlijk is geschied en stelt derhalve den opgeroepene in verzuim, wanneer hij niet opkomt. Ten einde te bevorderen, dat de oproeping zoo snel en zeker mogelijk ter kennis wordt gebracht van de ingezetenen, zullen door den burgemeester, waar deze zulks noodig acht, bijzondere maatregelen worden genomen. Deze kunnen zijn: alarmeering door middel van klokgelui; alarmeering door middel van telefoon; oproeping; waarschuwing door boden. Het personeel, aangewezen om bij vóór-mobilisatie onmiddellijk in werkelijken dienst te komen, ontvangt van den burgemeester van hun woonplaats te voren een geheime, persoonlijke, schriftelijke waarschuwing en, na ontvangst van het oproepingstelegram voor vóór-mobilisatie, bovendien nog een persoonlijke oproepingskaart. Zoodra de openbare kennisgeving voor vóór-mobilisatie is aangeplakt, of na ontvangst van de persoonlijke oproepingskaart, dan wel indien hun op andere wijze blijkt, dat tot vóór-mobilisatie is besloten, begeven bedoelde verlofgangers zich onmiddellijk naar de plaats van opkomst. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 92]
| |||||||||||||||||||||||
Voor elken verlofganger is o.m. op de in het zakboekje gehechte lastgeving vermeld: de mobilisatiebestemming; het tijdstip, waarop hij in werkelijken dienst moet komen, of waarop hij zijn mobilisatiebestemming moet volgen; waar hij zich moet melden en, zoo noodig, hoe de reis naar de plaats van opkomst moet worden verricht. Is omtrent den te volgen weg niets voorgeschreven, dan volgt hij dien, langs welken hij op de snelste wijze zijn bestemming kan bereiken. Het vervoer geschiedt voor rijksrekening en naar de volgende regelen. In geval van vóór-mobilisatie en van gedeeltelijke mobilisatie worden de verlofgangers, al of niet in uniform gekleed, vervoerd:
In geval van algemeene mobilisatie worden met de spoorwegen en trams, geëxploiteerd door de Nederlandsche Spoorwegen, vervoerd:
Het vervoer per tram, boot, autobus, veerschuit of veerpont heeft plaats tegen afgifte van een roode bon Model FGa naar voetnoot1). Belanghebbenden wordt geraden om bij opkomst in werkelijken dienst hun rentekaart mede te brengen. De verlofganger houde er rekening mede, dat de aanplakking van de ‘Openbare kennisgeving’ waarschijnlijk eerst in den avond vóór den dag van opkomst zal kunnen geschieden en dat hij zich op den dag van opkomst zeer vroegtijdig op marsch moet begeven, zoodat hij slechts weinig tijd tot regeling van zijn zaken zal hebben. De verlofganger moet de met groot verlof medegenomen kleedingen uitrustingstukken zoodanig bewaren, dat zij terstond kunnen worden medegevoerd. Het zakboekje mag niet onnoodig uit handen worden gegeven en behoort dus bij verzoekschriften in den regel niet te worden overgelegd. Het is zeer gewenscht, dat de verlofganger tijdig vóór het vertrekuur der treinen aanwezig is, ten einde zoo mogelijk van vóórtreinen gebruik te maken. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 93]
| |||||||||||||||||||||||
In het algemeen blijft bij mobilisatie de gewone dienstregeling der spoorwegen gehandhaafd. Bij de algemeene mobilisatie zullen echter alle treinen, welke slechts op bepaalde dagen rijden - b.v. markttreinen - vervallen en zullen, zoo de eerste mobilisatiedag op een Zon- of Feestdag valt, de treinen loopen als op een werkdag, terwijl bovendien op de meeste lijnen verschillende vóór- en volgtreinen loopen. Ook de dienstregeling op de tramwegen blijft op den eersten dag zooveel doenlijk gehandhaafd. De verlofganger moet zich zoo mogelijk te voren er van vergewissen, of op den eersten mobilisatiedag extra-trams worden ingelegd. De verlofganger is verplicht, zoowel in de spoortreinen, trams en autobussen, op de booten en veren, als aan de stations en aanlegplaatsen, de aanwijzingen der bevoegde beambten op te volgen. De verlofganger, die - blijkens zijn lastgeving - verplicht is, van de tram gebruik te maken, heeft, bij plaatsgebrek, den voorrang boven degenen, aan wie die verplichting niet is opgelegd. Bij voldoende plaatsruimte is aan laatstgenoemden ook vergund van trams gebruik te maken, wanneer zulks de reis kan bespoedigen; trams, waarvan de dienst beperkt is tot een enkele gemeente, zijn hiervan uitgesloten. De verlofganger moet genoegen nemen met de soort van wagen, waarin hem door den bevoegden beambte een plaats wordt aangewezen, ook al moet hij dientengevolge gedurende de reis staan. Het kader, dat gelijktijdig met de overige verlofgangers opkomt, is verplicht om, zoowel in de spoortreinen, trams en autobussen, op de booten en veren, als aan de stations en aanlegplaatsen en op de marschwegen, de handhaving der orde te bevorderen en zorg te dragen, dat de aanwijzingen der bevoegde beambten worden opgevolgd. De verlofgangers, die zich marcheerend naar een zelfde opkomstplaats moeten begeven, worden door het aanwezige kader - ook al behoort dit tot verschillende afdeelingen - tot detachementen vereenigd en langs den kortsten weg daarheen geleid. Mocht de trein, de tram, de autobus, de boot of de postgelegenheid, waarmede de verlofganger zijn reis moet aanvangen, niet gaan of reeds vertrokken zijn, dan wende hij alle pogingen aan om zoo snel mogelijk de hem aangewezen plaats van opkomst te bereiken. De verlofganger, die zijn reis niet op den dag van opkomst kan volbrengen, moet zich aan het station, waar hij verplicht is zijn reis gedurende den nacht te onderbreken, ter verkrijging van nachtkwartier, aanmelden bij den stationscommandant of, als aan het station geen stationscommandant aanwezig is: | |||||||||||||||||||||||
[pagina 94]
| |||||||||||||||||||||||
Bereikt de verlofganger de plaats van opkomst eerst, nadat deze reeds door zijn korps of korpsgedeelte is verlaten, dan meldt hij zich onverwijld bij den hoogsten militairen commandant, aldaar aanwezig. Is ter plaatse geen militaire commandant meer aanwezig, dan reist hij zoo spoedig mogelijk naar de standplaats van het depot van zijn regiment of korps. De standplaats van het depot van het regiment of korps, waartoe de verlofganger behoort, is in het zakboekje aangegeven. De verlofganger, die wegens ziekte, verblijf op zee of om andere redenen in de volstrekte onmogelijkheid verkeert, op den bepaalden dag in werkelijken dienst te komen, begeeft zich naar de plaats van bestemming, zoodra hij daartoe in staat is. De verlofganger, die zich bij buitengewone oproeping voor geval van oorlog of oorlogsgevaar, buiten zijn vaste woonplaats bevindt en die niet tijdig meer die vaste woonplaats kan bereiken, om zich van daar uit op den dag van opkomst vroegtijdig op marsch te begeven, behoort op den dag van opkomst, zonder de in zijn vaste woonplaats achtergelaten kleeding- en uitrustingstukken rechtstreeks naar de hem aangegeven plaats van opkomst te reizen. De verlofganger behoort van het oogenblik af, dat hem het besluit tot buitengewone oproeping bekend is, met alle hem ten dienste staande middelen mede te werken, om de opkomst ordelijk te doen plaats hebben. In verband met de aan de stations heerschende drukte moet hij zich naar de stations niet doen vergezellen door echtgenoote, bloedverwanten of kennissen. Een ieder behoort doordrongen te zijn van het besef, dat, bij buitengewone oproeping, de ernst der tijden minder dan ooit toelaat, dat hij zich luidruchtig gedraagt, terwijl gebruik van sterken drank geheel behoort te worden nagelaten. Er wordt op gerekend, dat de bij mobilisatie in werkelijken dienst komende verlofgangers, naast de met groot verlof medegenomen kleeding- en uitrustingstukken, bovendien medebrengen een paar sterke, bruikbare, passende schoenen, een handdoek, een hemd, een onderbroek en een paar sokken; deze goederen moeten nieuw of zeer goed zijn en worden door het Rijk tegen vergoeding van de te schatten waarde overgenomen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 95]
| |||||||||||||||||||||||
Buitengewone oproeping in geval van buitengewone omstandigheden anders dan oorlog en oorlogsgevaar.In geval van buitengewone omstandigheden, anders dan oorlog of oorlogsgevaar, kunnen bepaalde groepen van dienstplichtigen en een gedeelte van het reservepersoneel buitengewoon in werkelijken dienst worden geroepen. In de oproeping worden niet begrepen:
Wel moeten aan de oproeping voldoen zij, die vrijstelling van opkomst genieten in geval van oorlog of oorlogsgevaar, doch niet in geval van andere buitengewone omstandigheden. De oproeping tot opkomst in werkelijken dienst geschiedt ook in dit geval door den burgemeester bij ‘Openbare kennisgeving’. Al de op te roepen dienstplichtigen en het op te roepen reservepersoneel ontvangen bovendien een persoonlijke lastgeving, vermeldende:
De lastgevingen voor opkomst bij mobilisatie, welke zich in de zakboekjes bevinden, zijn voor deze buitengewone oproeping niet van toepassing. De persoonlijke lastgevingen geven recht op vrij vervoer per spoor. Voor vervoer per tram, autobus, boot, veerschuit of veerpont moet een roode bon Model F (waarvan zich 4 exemplaren in het zakboekje bevinden) worden afgegeven. Overigens gelden in dit geval van buitengewone oproeping eveneens de hiervoren omschreven, gedragsregels voor het kader en de overige verlofgangers voor opkomst in geval van mobilisatie. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 96]
| |||||||||||||||||||||||
Ontslag.De dienstplichtigen worden in het algemeen uit den dienst ontslagen:
een en ander behoudens in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden. De dienstplichtigen, die in opleiding zijn genomen tot officier, komen in het algemeen, van den dag, waarop hun eerste oefening is geëindigd, tot het reservepersoneel der landmacht te behooren voor den tijd, dien zij als dienstplichtige nog hebben te dienen. Vrijwillig verblijf in werkelijken dienst. De dienstplichtige van de landmacht, die in werkelijken dienst wenscht te blijven of te komen buiten den tijd, welken hij in werkelijken dienst moet doorbrengen, richt een schriftelijk verzoek om vergunning daartoe aan den Minister van Defensie. Is de dienstplichtige minderjarig, dan legt hij bij het verzoek een bewijs van toestemming over van zijn wettelijken vertegenwoordiger. De dienstplichtige dient het verzoek in door tusschenkomst van den commandant van de compagnie of het overeenkomstig onderdeel, waarbij hij dient, of, indien hij met groot verlof is, waartoe hij behoort. Zooveel mogelijk wordt het verzoek ingediend eenige weken voordat de dienstplichtige met groot verlof zou moeten vertrekken. Het verleenen van vergunning tot vrijwillig verblijf in werkelijken dienst geschiedt slechts bij uitzondering en is in het bijzonder afhankelijk van de mate, waarin de belangen van den dienst er mede gebaat zouden zijn. Aan den dienstplichtige, die zijn vrijwillig verblijf in werkelijken dienst tusschentijds wenscht af te breken, wordt dit door den Korpscommandant toegestaan, voor zoover de dienst dit gedoogt en de dienstplichtige niet in werkelijken dienst behoeft te worden gehouden om andere redenen. De korpscommandant kan de vergunning onmiddellijk intrekken, wanneer het gedrag of de wijze van dienen van den dienstplichtige daartoe aanleiding geeft. |
|