De ingekwartierde mag op eigen gezag niet met een ander van kwartier verwisselen of zich bij een ander in kwartier begeven. Hij behoort zich in zijn kwartier ordelijk te gedragen.
Wanneer hem bij uitzondering bij aankomst aan het kwartier inkwartiering mocht worden geweigerd, dan heeft hij niet het recht, zich met geweld toegang te verschaffen; hij waarschuwt in dat geval zijn commandant.
Op dezelfde wijze handelt hij, wanneer hij verneemt, dat in zijn kwartier een besmettelijke ziekte heerscht, een kraamvrouw of een lijk aanwezig is; dan wel, wanneer vier of meer minderjarige kinderen en kleinkinderen, tot het gezin behoorend, inwonend zijn; in afwachting van nadere bevelen wordt dan van het kwartier geen gebruik gemaakt.
Inkwartiering kan geschieden zonder of met voeding.
Heeft inkwartiering zonder voeding plaats - hetgeen regel is - dan moet de kwartiergever verschaffen huisvesting en zindelijke nachtligging, gelegenheid om te wasschen en, voor zooveel noodig, vuur en licht of plaats bij vuur en licht.
Bij inkwartiering met voeding moet bovendien dagelijks worden verstrekt een voedzame maaltijd en 0.75 kg brood, tweemaal per dag, thee of koffie en drinkwater.
Meent een ingekwartierde, dat hij niet ontvangt, waarop hij recht heeft, dan maakt hij op gepaste wijze den kwartiergever hierop opmerkzaam. Bereikt hij daarmede zijn doel niet, dan mag hij niets eischen, maar roept hij de tusschenkomst in van zijn commandant.
In het kantonnement worden de eerbewijzen gebracht als in het garnizoen; niemand mag het kantonnement anders dan om dienstreden of met toestemming van den kantonnementscommandant verlaten, tusschen het avondappèl en de reveille moet een ieder zich in zijn kwartier bevinden.