Colloquium Neerlandicum 16 (2006)
(2007)– [tijdschrift] Handelingen Colloquium Neerlandicum– Auteursrechtelijk beschermdNeerlandistiek in contrast. Handelingen Zestiende Colloquium Neerlandicum
[pagina 299]
| ||||||||
Over potas, herbata en andere Nederlandse woorden in het Pools
| ||||||||
Nederlandse woorden in het PoolsWanneer men het vreemdewoordenboek van de Poolse taal op het internet raadpleegt, kan men daar woorden vinden die bij hun ingang met <hol.> belabeld zijn. Woorden gemarkeerd als <nid.>, Nederlands dus, zijn er niet. Dit is te verklaren door het feit dat het Nederlands in het Pools holenderski is, en niet niderlandzki. De opstellers van het woordenboek hebben dus gebruikgemaakt van een afkorting die voor de meeste Polen begrijpelijk(er) is. De lijst van lemmata telt een kleine tweehonderd ingangen. Bij nadere inspectie merkt men dat een aantal van de woorden inderdaad Nederlands oogt, bijvoorbeeld: diuna, polder en | ||||||||
[pagina 300]
| ||||||||
halfwind. Sommige woorden vormen echter een pure verrassing: hoewel ik niets meer met scheikunde te maken heb, ben ik dankzij het onderzoek opnieuw in aanraking gekomen met woorden als potas en lakmus. Verder komt maszop in de lijst voor, een woord dat me destijds gaf te denken bij een verblijf in Noord-Polen. Sommige woorden kan men zich maar moeilijk in die lijst voorstellen - zoals biustonosz of kanarek. Nog andere lijken er helemaal niet in thuis te horen, zoals pawian, bambus en herbata. | ||||||||
Vormen van ontleningWaarom worden woorden uit een andere taal overgenomen? Het geval dat het meest voorkomt, is dat er een onbekend object of verschijnsel samen met zijn benaming in de doelcultuur en -taal wordt overgenomen. Ik denk hier aan bijvoorbeeld polder (in het woordenboek online alleen in zijn meervoudsvorm - poldery - aangegeven) of apartheidGa naar eind1 of Afrikaans. Soms ontstaat er een leenvertaling van een reeds bestaand woord in de brontaal: zo is bustenhouder verpoolst tot biustonosz, buste is biust en houder is vertaald als -nosz. Er is hier een sprake van een verschuiving in het perspectief: terwijl de buste in het Nederlandse bronwoord ‘gehouden’ wordt, wordt de Poolse biust ‘gedragen’. De Germaanse oorsprong van het woord is echter niet te ontkennen. Ik spreek met opzet over de Germaanse oorsprong en niet de Nederlandse. Het blijkt namelijk soms vrij lastig te zijn om na te gaan en definitief vast te stellen uit welke van een aantal verwante talen een woord afkomstig is. Er zijn woorden die volgens mij wel in voornoemde lijst opgenomen hadden moeten worden, maar die ik mis. Zo staat flauta niet als <hol> gemarkeerd, maar als <niem.>, dat wil zeggen Duits, en boss evenmin dat in het online woordenboek als oorspronkelijk Engels aangeduid wordt. Een ander voorbeeld is boja. Komt het woord van het Duitse Boje of het Nederlandse boei? Hier lijkt het nog complexer te zijn: de auteur van het vreemdewoordenboek verwijst naar een oorspronkelijk woord uit het Oudfrans. De vraag rijst hoe het zit het met de tientallen woorden uit de scheepvaart die als een bekend exportproduct van het Nederlands beschouwd worden. | ||||||||
Maritieme woordenschatEen groot deel van de Germaanse ontleningen is direct verbonden met de zee, schepen en matrozen. Iedereen weet iets af van de Hanzesteden en de handelsverbanden die sinds de twaalfde eeuw de havensteden aan de Noord- en Oostzee verenigden. Er waren onder meer Nederlandse, Duitse en Poolse steden bij betrokken. Er kwamen dus zowel Nederlandse als Duitse matrozen naar bijvoorbeeld Dantzig. Het is een diepgaander onderzoek waard om vast te stellen aan welke talen het Pools de woorden op het gebied van de scheepvaart ontleend | ||||||||
[pagina 301]
| ||||||||
heeft. De meest waarschijnlijke kandidaten zijn: Nederlands, Duits of Nederduits. Voor een groot aantal voorbeelden zal het mogelijk zijn om de bronnen terug te vinden, of het voor alle lemmata lukt, zal verder onderzoek moeten aantonen. De ontwikkeling van de taal gaat altijd gepaard met culturele et economische ontwikkelingen. Nederland was in de zeventiende/achttiende eeuw een zeemacht; Duitsland kwam als zodanig wat later in zicht. We mogen niet uitsluiten dat de Nederlandse, maar ook Duitse matrozen diverse dialecten spraken. Vanwege deze mengvormen is het bij voorbaat niet altijd duidelijk of een bepaalde maritieme term teruggaat op het Nederlands of het Duits. We kunnen dit alleen vaststellen aan de hand van een datering van de betreffende woorden in verschillende varianten van het Nederlands en het Duits. | ||||||||
Tsaar Peter I de GroteMet de Nederlandse ontleningen die via het Russisch in het Pools zijn opgenomen, is het in die zin makkelijker dat we een periode van absolute bloei kunnen noemen van de contacten tussen Nederland en Rusland. De Russische tsaar Peter I de Grote die in de late jaren van de zeventiende eeuw een reis naar West-Europa ondernam, heeft heel wat van de westerse beschaving binnengebracht in zijn eigen land. Samen met verschijnselen die tot dan toe in Rusland onbekend of onderontwikkeld waren, voerde hij de desbetreffende benamingen van die verschijnselen in. Zo is er een indrukwekkende hoeveelheid Nederlandse woorden in het Russisch opgenomen, vooral, maar niet uitsluitend, op het gebied van de scheepvaart. Een deel van deze woorden is via een Russische achterdeur in het Pools terechtgekomen. Hiervan getuigen woorden als matros, bak, bakan, delikatesy, kambuz, konwój, kran en rumpel. Een interessant geval is het woord kordzik (‘kort mes’) dat op het Nederlandse bijvoeglijke naamwoord kort teruggaat. Het lemma in kwestie werd verrussischt tot kortik (‘mesje’) en vervolgens aan het Poolse fonologische systeem aangepast met overname van de Russische betekenis. Nog meer voorbeelden vindt men bij het opzoeken van de combinatie <hol.> en <niem.>. Hier blijkt opnieuw dat het onderzoek naar de brontaal moeilijk is, vanwege de nauwe verwantschap tussen Nederlands en Duits. Zoals reeds vermeld, een woord kan uit het Duits, het Nederlands of een van de dialecten zijn gekomen. Het kan ook Middelnederlands zijn of Niederdeutsch. Onlening kan zich met andere woorden ergens op de grens tussen de mogelijke talen en regionale varianten van het Duitse en Nederlandse taalgebied voltrokken hebben. | ||||||||
[pagina 302]
| ||||||||
Potas, herbata, majtek, matjas en maszopEen andere interessante groep vormen woorden die van de kwalificatie <+hol., -ros., -niem.> zijn voorzien. Deze moet als volgt worden gelezen: het betreffende woord is ontleend aan het Nederlands zonder tussenkomst van het Russisch en het Duits. Dit sluit echter niet uit dat deze woorden onderweg in contact zijn gekomen met andere talen, of via andere talen de Poolse woordenschat hebben verrijkt. Zo komen we vanzelf bij herbata aan, ‘thee’ dus. Het woordenboek online preciseert de herkomst van het woord als: <lat.> herba (apothekersbenaming voor thee) en <hol.> thee. Andere woordenboeken Pools zijn het oneens over de kwestie of -ta in herbata Nederlands zou zijn, of misschien Engels, of zelfs Chinees. Een bevredigend antwoord heb ik in het Słownik etymologiczny języka polskiego uit 1970 gevonden waar de auteur een beroep doet op de Mededeelingen der Nederlandsche Akademie der Wetenschappen, Afd. Letterkunde, Nieuwe reeks, deel 5m, Amsterdam 1942: 107-112. Van Meulen beweert er dat het woord in kwestie een samenstelling is van het Latijnse herba ‘kruiden’ en het Chinese te ‘thee’ en dat het door Nederlandse kooplui naar Polen is gebracht. Vandaar dus de verwijzing naar het Nederlands in de etymologische beschrijving. We kijken vervolgens naar het andere woord uit de titel van deze bijdrage: potas. Op zich een prachtig voorbeeld van een lemma dat in de spelling geen veranderingen onderging, en in de uitspraak eigenlijk ook nauwelijks. Wat wel veranderd is ten opzichte van de Nederlandse bron, is de betekenis. Het Poolse potas is immers een chemisch element dat in het Nederlands kalium heet. Van Dale, twaalfde druk, vermeldt het woord potas met de belabeling ‘verouderd’ in de betekenis van kaliumcarbonaat, daarnaast staat nog potassium (volgens Van Dale eveneens verouderd) als een equivalent voor kalium, door de Engelse chemicus Sir Humphry Davy afgeleid van potas. In het WNT treffen we dit lemma nog in de oude spelling aan: potasch, met citaten tot uit de achttiende eeuw, in de betekenis van ‘kaliumcarbonaat’. Deze scheikundige verbinding heeft ook een Poolse naam, te weten potaż. Indien men het Poolse woordenboek online raadpleegt, merkt men dat potaż inderdaad kaliumcarbonaat is, en dat het woord ontleend is aan het Duits. Geen twijfels, geen enkele link met potas dat qua herkomst iets te maken zou kunnen hebben met het Nederlands, maar misschien ook met het Engels of het Duits. In het geval van potaż zijn de opstellers van het woordenboek er zeker van dat potaż afkomstig is uit de samenstelling van het Duitse Pot en Asche. Zonder te willen beweren dat de uitleg van de etymologen niet klopt, wil ik er wel op wijzen dat men heel voorzichtig moet omgaan met wat er in woordenboeken beweerd wordt over de herkomst van een woord/begrip. Tot slot geef ik hier een illustratie van de potentieel grote ontleningsmogelijkheden van lemma's. Ik doel hier op een uitgesproken Nederlands woord dat bijzonder | ||||||||
[pagina 303]
| ||||||||
vruchtbaar blijkt te zijn in het Pools en dat bijgedragen heeft tot het ontstaan van maar liefst drie ontleningen. De Poolse woorden die ik in gedachten heb, zijn: majtek, matjas en maszop. Ze stammen allemaal af van maat(je) respectievelijk maatschap(pij) (hoewel een directe ontlening van maatschappij het Poolse maszoperia is). De betekenis van de Poolse begrippen is divers. Majtek is een hulpje op een schip, matjas is jonge haring en maszop is de baas van een scheepvaartmaatschappij (maszoperia) in de Kaszuby, een streek in het noordelijke deel van Polen waar zich in de middeleeuwen immigranten uit de Lage Landen hebben gevestigd. | ||||||||
BesluitOnderzoek naar de herkomst van ontleningen is buitengewoon interessant, vooral wanneer men in bronnen tegenstrijdige informatie tegenkomt of wanneer een - voor een neerlandica - voor de hand liggend gegeven door de samenstellers van een etymologisch woordenboek over het hoofd gezien wordt. Verder constateren we dat het in sommige gevallen moeilijk zo niet onmogelijk is om eenduidig vast te stellen waar het onderzochte woord in kwestie precies vandaan komt. De mechanismes die ten grondslag liggen aan ontlening zijn ongetwijfeld een breder onderzoek waard. Voor wat de potentiële Nederlandse ontleningen in het Pools betreft, hoop ik in de komende jaren nieuwe onderzoeksresultaten te mogen melden. | ||||||||
Bibliografie
|
|