Dus antwoort men de veel-vragende.
ALs seecker arm en gebreckelijck Man had een vet Paert, wiert hem van een ander de oorsaeck afgevraegt: Hy antwoorde: Verwondert u niet, dat als ghy het Paert had, het soo Lijvigh niet en soude zijn, want soo langh het my heeft, heeft het een Meester, ende u hebbende, had het een Slaef.
Diogenes selfs armhartigh van leven, wiert van een Student gebeden om een Tabbaert, dewijl het kout was: Hy de resolute eyscher aensiende, wees hem dus af: Indien ick u den Tabbaert geven soude, most ick hem hebben; maer ick seg u oock daer neffens, indien dat ick hem hadde, ick soude hem selfs gebruycken.