De Gulden Passer. Jaargang 58-59(1980-1981)– [tijdschrift] Gulden Passer, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende 149. Den Hemel veranderense, maer niet hen sinnen. Gheen reysen en maect yemant van manieren soet, Maer de Nature, die tot sedicheyt ons stiert. Ia veel die saechtmoedich zijn, en van naturen goet, Worden dicmaels erger en ongemaniert In vremde landen: en alle wilt gediert Dat bedwongen wort in eenige duwieren, Wort namaels wreeder en felder ongeviert. Eere ist te sien veel landen, steden, en manieren Maer wie bemint sonder eenigh versieren Meer dat ws vaders sorge? en wie leert v vast, Dan die v van eerst heeft gevoedt goedertieren, Hoe ghy des outheyts moecht worden eenen soeten last? Vorige Volgende