Spijkers met koppen
De juist gekozen titel
Elders is de litteratuur zoo innig samengegroeid met het dagelijksch leven dat kooplieden hun zaak met een boektitel sieren, welke niet alleen door het groote publiek thuis gebracht, begrepen wordt; maar welke een attractie blijkt te zijn.
Twee nachtgelegenheden leenden namen van Jean Cocteau: ‘Le Boeuf sur le Toit’ en ‘Le Grand Ecart’. - Een voortreffelijk restaurant, niet ver van het station Sint Lazarus, noemde zich ‘La Rôtisserie de la Reine Pédauque’. Ook een boekverkooper vond zijn uithangteeken bij Anatole France. Hij schilderde er ‘Le Lys Rouge’ op. Van Arthur Rimbaud nam men: ‘Le Bateau Ivre’; van André Gide: ‘La Porte Etroite’; van Paul Valéry: ‘La Jeune Parque’; van Valéry Larbaud: ‘Le Vice Impuni’; van Paul Morand: ‘Fermé la Nuit’; van Tristan Deréme: ‘La Verdure Dorée’; al te gader voor boekhandels.
Een muziekhandel noemde zich: ‘Le Sacre du Printemps ...’
Het is een vroolijke pittoreske gewoonte, die blijkbaar in den smaak valt en daardoor steeds algemeener wordt.
Ook hier is op dit terrein wel iets te doen.
In Antwerpen bestaat al een aardig koffiehuis dat ‘De Wandelende Jood’ heet. Is Vermeylen er peter van? Schuin er over is: ‘De Nieuwe Jood ...’
Ik zie bijvoorbeeld al een kleine, verfijnde zaak