bericht van E. Bourges gepubliceerd. Dit bericht werd in de ‘Temps’ tegengesproken door den heer Paul Souday, die bij deze gelegenheid een lang artikel aan Elémir Bourges wijdde. ‘Daar hij gelukkig springlevend is’, schreef de heer Souday, ‘hoop ik, dat deze bewonderenswaardige schrijver eindelijk, na den vrede, de populariteit zal verwerven, welke hij verdient’.
Maar Bourges hield te veel van de afzondering om naar populariteit te verlangen. Evenals een ander schrijver, die in stilte werkte, evenals Jean Dolent, zeide hij, dat het leven ver van het wereldsch rumoer voor alle wereldschen roem schadeloos stelt.
* * *
Wat Elémir Bourges al niet gelezen had!
De geregelde bezoekers van de Bibliothèque Nationale kenden den heer Bourges wel. Jarenlang had hij zijne vaste plaats aan den linkerkant bij den ingang. Hij kwam tegen 11 uur binnen en bleef er zitten tot 's avonds, zonder jas of hoed af te doen. Zijn leesvermogen, zijne weetgierigheid waren verwonderlijk groot. Toen echter één zijner biographen eens mededeelde, dat hij 200.000 boeken had gelezen, schreef Bourges in een onuitgegeven brief aan een vriend (Henri Béraud): ‘Om dat alles te hebben gelezen, zou men nog meer oogen moeten hebben dan een pauwestaart! Om de zaken op haar best (of op haar slechtst) voor te stellen, heeft mijn verbruik de 12 à 15.000 boeken niet overschreden. Sommige jaren las ik er twee per dag, maar op andere tijden was ik minder vraatzuchtig. Dit bewijst weer eens hoe weinig juiste gegevens cijfers ons verschaffen’.
Mallarmé zeide schertsend van Elémir Bourges: ‘Als hij vijf minuten den tijd heeft, leest hij even de Encyclopedie over!’
* * *
Ziehier nog een uittreksel uit een onuitgegeven brief van E. Bourges aan Henri Béraud, die de welwillendheid had het ons mede te deelen.
.... ‘Ook mijne oogen hebben hun evenwicht teruggevonden, dus daarover heb ik niet te klagen. Ik profiteer ervan door veel te lezen. Dat is het eenige middel om niet te veel over dit vreeselijke, menschonteerende leven na te denken ....’
Want deze welwillende, vriendelijke man was een hopeloos pessimist. We hebben hem hooren zeggen: ‘Ik ben in het leven gevallen als in een regenput’. Of: ‘Ik ben de H. Hieronymus - zonder diens geloof’.
* * *
Wij laten hier nog eenige aanhalingen volgen uit een langen, in 1913 aan Henri Béraud geschreven brief.
‘Ik ben de groote Hugo-uitgave van de Imprimerie Nationale aan het lezen, die bij Ollendorf uitkomt. Drouot leent mij de verschillende deelen. Van die dikke octavo's is zoowat een derde nog nooit uitgegeven. Vader Hugo is toch een reus. Het is alsof men de uitbarsting van de oudste vulkanen der aarde bijwoont, toen in Europa en Amerika nog uit honderden kraters rook opsteeg. Ik wentel mij met welbehagen in dit lava- en sterrenbad. Maar hoe overbodig lijkt het hierna zelf nog ooit iets te schrijven. Na hevige vervoeringen gevoel ik mij soms geheel ontdaan.
Minder lyrisch is de levensbeschrijving van Voltaire in vier deelen door Desnoireterres, die ik juist gelezen heb en die mij kostelijk heeft geamuseerd. Verbeeld u een aap, die in boomen klautert en vandaar zijne tijdgenooten met vuil werpt. Niemand heeft meer waarde aan 't oordeel der menschen gehecht en niemand heeft ze dieper geminacht. Wat een vreemdsoortig wezen is toch die heer van Ferney geweest! Om niet bedrogen uit te komen, heeft hij zoovele hansworstenstreken uitgehaald als met zijne belangen overeenstemden, daar hij het niet de moeite waard vond te strijden tegen “des barbares insensés”, zooals hij ze noemde. Vandaar zijne herroeping, zijne onderwerping aan de Kerk en zijne communie (een eerste ontbijt, zooals hij het noemde) ....’
* * *
De uitvaartdienst voor Elémir Bourges heeft den 16den November plaats gehad in de kerk Notre-Dame de la Miséricorde. De bijzetting op het kerkhof Père-Lachaise.