leeftijd uit zijn Toscana naar Frankrijk gegaan; en in Parijs is hij in aanraking gekomen met een litterair-artistieke wereld, die in alle opzichten van de onze verschilt; daar heeft zich zijn geest en zijn persoonlijkheid gevormd onder den invloed van Baudelaire, Verlaine en de symbolislen; dit verblijf in Parijs heeft een stempel gedrukt op geheel zijn werk; de z.g. ‘huiselijke litteratuur’ toentertijd in Italië en vooral in Toscana zoo in de mode, verfoeit hij, en hij aarzelt niet om absinth als geneesmiddel aan te bevelen voor de voortbrengers van goedige huiselijke versjes; misschien dat er dan, zegt hij, een enkele dichter bij ons zal kunnen worden ontdekt.
Hij, die de teugellooze vrijheid heeft genoten van het artistenleven te Parijs, komt in opstand tegen het litteraire milieu in Italië, waar alles, [toentertijd], zoo huiselijk en wel geordend is, en wanneer Marinetti zijn futuristische manifesten de wereld inzendt schaart hij zich onmiddellijk onder zijn volgelingen. In ‘Giornale di Bordo’ vinden wij het eerste enthousiasme van Soffici voor het futurisme; hij neemt deel aan de geruchtmakende samenkomst in den ‘Costanzi’ schouwburg te Rome, waar hij voor het eerst weer iets ziet van den onsterfelijken italiaanschen geest. - En later getuigt hij: ‘De roman, de novelle, het drama, zij zijn gebrekkige kunstvormen van voorbijgaanden aard, die thans hun plaats zullen moeten inruimen voor den eenig waren kunstvorm: de lyriek - en de autobiografie. -
Hij is aan deze zeer aanvechtbare stelling trouw gebleven, want al zijn tot thans verschenen werken zijn autobiografie, met hier en daar brokken lyrisch proza. - ‘Giornale di Bordo’, tintelend van geest geschreven, in een vlotten, kernachtigen, zeer persoonlijken stijl, is voor mij naast Papini's ‘Un Uomo finito’ het beste werk dat de florentijnsche school aan onze letterkunde geschonken heeft.
Den dagboekvorm vinden wij ook in ‘Arlecchino’, een bundel proza die twee fragmenten bevat in zoo'n kleurigen schitterenden stijl geschreven, dat zij voor ons tot twee schilderijen geworden zijn die een zuiver artistiek genot schenken. ‘Elettra’ en ‘Una Sera in famiglia’ zijn twee juweelen van italiaansch proza; zij verraden den schilder in den dichter. - Ook hier vinden wij denzelfden wilden, bandeloozen geest die in het leven slechts de schoonheid zoekt, schoonheid voor den geest en voor de zinnen. Een laatste jubelzang voor deze schoonheid der zinnen is ‘La Giostra dei Sensi’, ook hier dagboek en fragmenten; bekend zijn de bladzijden gewijd aan Pistoia en ‘Diario Napoletano’ waarin Soffici, uitgaande van een avontuur dat hij als officier te Napoli had, in weinig bladzijden de zwoel-weeke genotstemming, aan de Metropolis van het zuiden eigen, weet vast te leggen.
Het is de oorlog geweest die een grooten ommekeer in Soffici heeft teweeggebracht. - Vriend en bewonderaar van Frankrijk, heeft hij met enthousiasme aan den strijd deelgenomen; als officier vertrok hij naar het front, waar hij meermalen gewond werd; en daar, temidden van de ellende en van de verwoesting, losgerukt uit zijn artistiek litteraire wereld, leerde hij het leven van uit een ander standpunt beschouwen. - ‘Kobilek’ en ‘La ritirata del Iriubi’ zijn de getuigenissen van zijn veranderde mentaliteit; er komt thans in zijn leven een nieuw element: het vaderland, zijn Italië, dat hij hartstochtelijk gaat liefhebben en waarvoor hij zijn leven waagt; het is deze liefde voor zijn land en voor zijn volk dat aan zijn oorlogsdagboeken zulk een bekoring geeft; zij zijn zoo eenvoudig, zoo menschelijk en daarom zoo ontroerend. Zij behooren zeker tot het beste wat de oorlog ons voor de letterkunde geschonken heeft. - En in ‘Kobilek’, dat zich in een groot succes mocht verheugen, vinden wij reeds den derden Soffici in wording, den Soffici van na den oorlog, die de zuivere letterkunde verlaten heeft om als militante journalist aan de politiek deel te nemen. ‘Wie zooveel moeilijkheden lachende verduurt met zulk een geduld en volharding in het aangezicht van den dood, die ieder oogenblik dreigt, heeft het recht te beslissen over het toekomstig lot van Italië, en zoo iemand hem van zijn recht mocht berooven, heeft hij alle reden om vreeselijk te zijn’. -
Teruggekeerd uit den oorlog heeft hij het recht om mee te beslissen voor zich opgeëischt, en tegen het socialisme, dat hij uit den grond van zijn hart verfoeit, heeft hij zich als fascist in den strijd geworpen; zijn reeks artikelen ‘Rosario’ in het dagblad ‘Il Popolo d'Italia’ is de vrucht van deze deelname aan de politiek. - Hij is voor een jaar naar Rome gegaan als redacteur van het befaamde ‘Corriere Italiano’; maar de romeinsche atmosfeer was voor Soffici minder geschikt; hij, de toscaan bij uitnemendheid, moest naar zijn Firenze terug; en daar, in de landelijke rust van zijn Poggio a Caiano, heeft hij zich opnieuw aan de zuivere kunst gegeven, schilderkunst en letterkunde.
Soffici wordt thans door allen als een der meest vooraanstaande litteratoren beschouwd. Toch is zijn werk in het buitenland geheel onbekend, en ook in Italië zelf wordt hij niet veel gelezen. Waarom? - Omdat bij het vele en het goede dat hij ons gegeven heeft, toch het groote werk ontbreekt: wij hebben geen roman, geen novellenbundel, geen drama die ons zijn persoonlijkheid en zijn gedachte geheel openbaart; want èn in ‘Arlecchino’ èn in ‘La Giostra dei Sensi’ zijn het ten slotte slechts fragmenten die tot ons spreken. Het eenige werk dat een geheel vormt is ‘Giornale di Bordo’; maar hier is de moeilijkheid een andere; dit dagboek, dat ik niet geaarzeld heb een der meest