sofie de hoogere samenvatting gezocht, niet de tegenstelling naar voren gebracht zonder dat de ware synthese bereikt werd. En toch gaat in al deze complicaties en compromissen de zelfbevrijding van den Europeeschen geest van M. E.sche kerkelijke gebondenheid tot zelftucht en zelfbepaling onmiskenbaar voort.
De Renaissance is van meer dan historisch belang, omdat de problemen, die zij stelde, door ons nog moeten worden opgelost; omdat de schoonheid, die zij schiep, ook nog voor ons ontroerende schoonheid is.
Eensdeels samenvatting van de bekende, groote werken over de renaissance, doch verrijkt met de vruchten van eigen en anderer detailonderzoek, is het boek van Dr. Hoogewerff tevens gegroeid uit een kunstzinnig zich inleven in deze kunstperiode door een langdurig verblijf in 't land zelf, en een zorgvuldig zich rekenschap geven van 't wezen dezer ontwikkeling.
Dr. H. komt tot de slotsom, dat de Renaissance beteekent ‘een gansch nieuwe bewustheid van zichzelf, eene geestelijke ontwikkeling (die) het hoogtepunt bereikt in een nieuwe opvatting van het leven’. Hoeveel schoons op 't gebied van kunst en levensbeschouwing ze moge hebben voortgebracht, Dr. H. constateert met nadruk, dat in Italië de Renaissance op Staatkundig gebied niet is doorgezet: pas in Holland, later in Engeland en Amerika is de moderne Staats-idee gesteld - en dat op 't gebied van wijsbegeerte en religie evenmin consequent de lijnen zijn doorgetrokken.
Als een fijn, ingewikkeld weefsel van middeleeuwschen schering en modernen inslag, leeren we de Renaissance begrijpen; ze is geschetst met een uiterst fijn gevoel voor het betrekkelijke dezer verschijnselen: voor de tegenstrijdigheid, maar ook de samenkoppeling van uiteenloopende strekkingen en motieven.
De groote lijnen teekenen zich duidelijk af: de halfbegrijpende bewondering der eerste humanisten voor de klassieke letteren, het hunkeren naar het onbekende Grieksche schoon, hun naïeve verbinding van kerkelijke en antieke opvattingen. Dan de grootsche ontplooiïng in Florence van het nieuwe
Botticelli ‘Venus’ (Detail) - National Gallery te Londen.
Uit: Dr. G.J. Hoogewerff, De ontwikkeling der Italiaansche Renaissance.
leven onder de begrijpende leiding van de Medici's, de eenige ontwikkelingsmogelijkheden voor geniale humanisten en beeldende kunstenaars, en het meeleven der kunstzinnige burgerij. En om Florence heen wedijveren de kleinere hoven, vooral dat der Este's waar de Renaissance-poëzie gecultiveerd werd. De kenschetsing en ontleding van Ariosto's