Den Gulden Winckel. Jaargang 21
(1922)– [tijdschrift] Gulden Winckel, Den– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdVerdachtmaking of domheid?IN het Juli-nr. van Opgang, ‘Tijdschrift op Christelijken grondslag ter beoefening van de Ned. Letteren en Kunst’Ga naar voetnoot1), plaatste de redactie een vrij uitvoerig artikel ter waarschuwing... natuurlijk alweer tegen ‘Bubu-van-Montparnasse’ en de over dit boek verschenen ‘misleidende’ (gunstige) recensies. Noch van de | |
[pagina 143]
| |
ten opzichte van Philippe's boek gebezigde qualificaties, noch van de insinuaties aan 't adres van vertaler en uitgevers zij hier verder melding gemaakt; wij worden het hartelijk moede, telkens weer van ons af te bijten, iets wat absoluut niet met onzen aanleg en geaardheid strookt. Toch zou 't jammer zijn niet even kennis te nemen van hetgeen de schrijver (zich teekenend v.D., waarschijnlijk dus de redacteur van Opgang A.J. van Dijk) aan zijn lezers als de moraal van het genoemde boek durft voorstellen. Hij schrijft: ‘Om het zoo bescheiden mogelijk uit te drukken, eenigszins in de stijl van het werk, is de moraal ongeveer als volgt. Nu weten alle lezers, die het boek kennen, dat het geciteerde de tartende inval is van den branie Maurice, nadat hij tegen zijn angstgedachten, de ziekte te zullen krijgen, zich lef heeft ingedronken. Deze inval wordt door den waardigen heer v.D. zoo maar mir nichts dir nichts voorgesteld als zijnde de moraal van het boek! In wat voor wereld van boosaardige verdachtmaking leven wij toch? Of hebben we hier slechts te doen met een staaltje van de meest grenzenlooze domheid? En dat durft dan spreken van ‘misleidende recensies’!
v.E. |
|