III
Wanneer ik van Nederland spreek, dan is sedert eeuwen ook Indië daaronder begrepen. Dat heeft alweer Multatuli zeer goed ingezien met zijn Indisch-Nederlandschen roman Max Havelaar, met zijn vele schetsen en motieven, ontleend aan Indië en Indisch leven.
Dat heeft ook, zeer juist, de heer G. Gonggrijp begrepen, toen hij drie jaar geleden in een onzer tijdschriften het drama Ashoka (laat mij den naam zoo eens spellen) liet verschijnen, dat thans in keurige afzonderlijke uitgave, met bandstempel van Soerjowinoto, vóór mij ligt. Half historisch, half wijsgeerig drama, verdient het ons aller belangstelling, niet het minst omdat het een wereldvraagstuk behandelt dat geheel onzen nieuweren tijd beweegt.
In mijn treurspel Johan de Witt, reeds vroeger verschenen, heb ik naar de mate mijner krachten beproefd een glanstijdperk onzer geschiedenis, dat van den grooten raadpensionaris, voor de internationale wereld te schilderen in het nauwste verband met de wijsbegeerte van een tijd- en een landgenoot, den door de Witt begunstigden Spinoza. Ook het drama, zoo was mijn gedachtengang, moet, zij 't ook niet rechtstreeks, wijsgeerig zijn, en bijdragen tot hoogere ontwikkeling van de massa.
Een zelfde gedachtengang heeft zonder twijfel den heer Gonggrijp de stof doen kiezen van Ashoka (of Açoka), den koning van Magadha en keizer van Indië te Patalipoetra, 261 jaren vóór Christus' geboorte, den machtigen heerscher die het land van de Kalingga's verovert en zijn gebied over geheel Indië uitbreidt, maar daarna, vrij plotseling naar 't schijnt, berouw krijgt over den bloedigen oorlog en al zijn offers, zijn wreedheid en onmenschelijkheid, om zijn leven als Boeddhistisch monnik te besluiten. Het geheel van dit stuk is dus een wijsgeerig, een Boeddhistisch drama, in Nederlandsch gewaad, en de denkbeelden van Ashoka over oorlog en vrede, in zijn rotsedicten voor de nakomelingschap bewaard, vormen daarvan den fraaien en diepzinnigen achtergrond. Al is dan ook het werk in een kleine taal, het Nederlandsch, geschreven, het verdient ten zeerste vertaald te worden, en zóó een ommegang te doen langs de geheele beschaafde wereld; moge dit spoedig gebeuren, allereerst in de wereldtaal, het Engelsch.