Dr. C. Easton
MEER het type van den geleerde dan van den journalist. Meer de man om in de redactie van een wetenschappelijk tijdschrift te zitten dan als een beweger der gemoederen vlammende schrifturen te werpen in het politieke gebouwen-complex. Om de doodeenvoudige reden, dat hij van politiek heel erg afkeerig is.
Zoo is hij dan aan een neutraal blad op zijn plaats. Zoo was hij na zijn beginjaren bij de dagbladpers aan de ‘Dordtsche Courant’ te hebben gesleten niet als politiek man aan de Rotterdammer gekomen, maar als schepper der wetenschappelijke rubriek. De Duitsche post die hem bij C. van Nievelts heengaan aan de N.R. Crt. werd opgedragen, was maar een aanloopje: inderdaad kwam Easton naar zijn zeggen aan het groote orgaan ‘langs den Melkweg’. In 1893 was zijn atlas van den Melkweg voor het N. halfrond verschenen, schets naar waarnemingen met het bloote oog. Dat was nog nooit gepubliceerd; het vestigde de aandacht van astronomen op hem en voerde hem tot verdere statistische studies over de sterrengroepeering. Hij trachtte verband te brengen tusschen de verdeeling van het Melkweglicht aan den hemel en de verspreiding der overige sterren, studies waarmede hij zich in 1903 te Groningen het eeredoctoraat verwierf. Onafhankelijk daarvan maakte hij interessante waarnemingen in de meteorologie ook in verband met de zonnewerkzaamheid en stelde hij een hypothese op betreffende de afwisseling van zachte en strenge winters.
Met dat al ga ik gelooven, dat de wereld der geleerden dezen persman niet meer terugkrijgt. In zijn met Brusse geschreven boekje over de journalistiek moge hij niet alleen goeds van zijn nieuwe patronesse hebben gezegd - meer en meer blijkt dat hij zijn hart aan haar verloren heeft. In het afwisselende en prikkelende van het werk voor de dagbladpers ligt iets dat hem bevredigt. O, de ‘jaren van strijd’, die hij in zijn uit het ‘Nieuws v.d. Dag’ bijeenverzamelde oorlogshoofdartikelen beschreef, telden ongetwijfeld dubbel wat hem betreft. Ieder in zijn naaste omgeving kon opmerken hoe de wereldgebeurtenissen hem aangrepen. Maar dank zij dien arbeid verwierf het ‘Nieuws van den Dag’ een nieuwe plaats in ons land en hem gaf dat werk voldoening. Hij toonde hier zijn hooge opvatting van ons beroep, dat hij bovendien door de offers in tijd en werkkracht aan den Journalistenkring gebracht, diende.
Sinds 1905 staat dr. Cornelis Easton, die op 10 Sept. 1864 te Dordt geboren werd, aan het hoofd van het ‘Nieuws van den Dag’, dat op 14 Maart zijn gulden feest gevierd heeft en daarom door u, doorluchte Winckelier, waardig gekeurd werd met dezen een oogenblik in uw ‘Gulden Winckel’ te pronk te staan.
H.S.M. van Wickevoort Crommelin.
Amsterdam, Maart 1920.