[Overige]
In De Nieuwe Gids proza van Aleida v. Pellecom en P.H. van Moerkerken, die het jammerlijk einde van een maniakken houtvester beschrijft (v. Moerkerken heeft zeker ook niet met plezier den Haarlemmerhout en den weg naar Heemstede zien bederven!). André de Ridder geeft een fragment uit een dit najaar bij de Hollandia-Drukkerij te verschijnen boek over ‘de la Fontaine, zijn vrienden en vriendinnen’. van Deyssel keuvelt verder over Haarlem en heeft het o.a. over 't typisch Haarlemsch huis dat zijn vriend de voormalige Haarlemsche weesjongen Jacobus van Looy er bouwen liet.
In Vragen van den Dag neemt Dr. Schepers het tegenover van Eeden op voor diens ‘Kleine Johannes’ in een artikeltje over ‘De Dichter en zijn werk’. S. Kalff schrijft iets over Huygens en den Oorlog. Martin Permys meent dat wij Malherbe niet als tegenstander hebben te beschouwen van het zevental dichters aan wier hoofd Ronsard stond (de zg. ‘Pléiade’) maar veeleer als hun voortzetter, hetgeen hij nader motiveert. Querido en Dr. Lucien Brulez hebben het over 't Nederl. en Vlaamsche volkskarakter in de literatuur.
In Leven en Werken o.a. een beschouwing over Zelfopoffering van Just Havelaar en een Klucht van van Suchtelen: Het Daghet in het Westen, waarin met zeker occultisme een loopje wordt genomen. Over Zuster Bertken van Utrecht schrijft Dr. Joha Snellen.