[Winckelkout]
✡ Geachte Heer Redacteur,
'k Ben altijd in de meening geweest, dat het aardige gedichtje ‘Benjamin-af’ van De Genestet oorspronkelijk was. In Max Geissler, Führer durch die deutsche Literatur des 20. Jahrhunderts vind ik van Aug. Freudenthal (p. 135) de hieronder afgeschreven strophen aangehaald.
Daar ik geene van Freudenthal's dichtbundels heb kunnen bemachtigen, teneinde de jaartallen te kunnen vergelijken, is het m.i. niet onaardig door bemiddeling van Den Gulden Winckel den oorsprong van 't gedicht na te gaan.
U wilt misschien daarom mijn verzoek wel in een van de volgende nos. afdrukken.
Bij voorbaat dank.
Met de meeste Hoogachting
Uw dw.
TO VAN RIJE.
Ja, bald bist Du nich mehr de Benjamin
Un Dinen Thron nimmt en Nahfolger in;
Vörbi is dat mit din Regeeren,
Man good, dat so jung all Din Hart dat verwinnt
Dat geiht in de Welt mal nich anners min Kind
Noch oft kann Di sowat passeeren!
Erst priest Di de Minschen als eenzigen Mann,
Den Keener up Erden verdrängen kann,
Bist Baas, bist de Beste von Allen. -
Dan trekkt dar én Wulken vörbi an de Sünn -
Un Dinen Platz nimmt en Nahfolger in;
Un lachend laat 't se Di fallen!