Den Gulden Winckel. Jaargang 14
(1915)– [tijdschrift] Gulden Winckel, Den– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdAstrologieONZE tijd, die opnieuw is uitgetogen om te vinden dieper levensweten dan het dagelijksch doen kan schenken, onze tijd heeft ook de oogen opgewend ten hemel, om te zien of in de wonderlijk verwrongen starrenbanen misschien het mysterieuze schrift is, dat het groot geheim ontraadselen zal. En het is de dialektiek der historie: na het materialisme en het agnosticisme en het opperste kriticisme deze oude studie, die de Stoa had ontvangen in het Oosten en die de groote Keppler nog bovenmate heeft geëerd. Menschen, wier zoeken uitgaat in de richting van het Nieuw-Testamentisch probleem, allen die werk maken van oude godsdiensten, moeten minstens dit afweten van astrologie wat hun de schrijver in z'n werkje aanbiedt. Want men zal nooit begrijpen de denking van de Evangeliën, noch de Gnosis, noch de Paulinische letterkunde, als men verzuimt te leeren hoe de peinzers van die dagen den sterrenhemel hebben aangezien. Maar ook voor anderen is dit heldere boekjeGa naar voetnoot1) instructief; zelfs wie geen astroloog wil zijn moet de moderne astrologische gedachte toch meer dan uit de verte kennen, zal hij z'n oordeel kunnen geven over dit verschijnsel van cultuur, en het is zeker dat de heer Zijlstra hem ten gids kan wezen en hem den weg kan toonen tot verder, dieper onderzoek. v.d. BERGH v. EYSINGA. |
|