Den Gulden Winckel. Jaargang 5
(1906)– [tijdschrift] Gulden Winckel, Den– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdFransche letterenLe Président Emile Loubet et ses Prédécesseurs, trente-cinq années de République, par Henri Avenel. - Paris, Librairie Félix Juven.Ziedaar een boek dat zeker juist van pas komt in het dichtbije vooruitzicht dat de heer Loubet zijn hoog staatsambt aan zijn opvolger zal overdragen.Ga naar voetnoot1) Zoo volledig als men dit van een populair anecdotisch geschiedboek mag eischen, bevat het een breed overzicht van de gebeurtenissen der laatste zeven jaren, waaruit dan telkens de waardige, beminnelijke figuur van den President naar voren treedt. Dit overzicht, echter, begint eerst in het midden er van, want het wordt voorafgegaan door een elftal hoofdstukken, waarin de wording en de ontwikkeling der derde Republiek, gelijktijdig met de administratieve en politieke carrière van den heer Loubet, behandeld is - en daarin ligt voor mij de aantrekkelijkheid van dit prettig geschreven boek, dat de gebeurtenissen en de personen er overal hun juiste plaatsen innemen en men toch telkens weer gewaar wordt dat het er om te doen is den heer Loubet te doen kennen. Het lezend, beginnen wij kennis te maken met de mannen, wier namen onvergetelijk zijn, die de Republiek van 4 September 1870 voorbereidden en stichtten, en daar tusschen door interesseert ons de schrijver voor den jongen leerling van het collège te Montélimar, voor den student die aan de Parijsche Ecole de Droit in drie jaren zijn licenciaat haalt, maar, niet tevreden met dit examen, dat hem het recht geeft zich bij de bali te doen inschrijven, doorstudeert om in Mei 1863 op een administratief rechterlijke thesis te promoveeren. Het Keizerrijk verzinkt in de schandekuil van Sedan; Jules Fabre, Léon Gambetta, Jules Simon, Jules Ferry, Generaal Trochu met hunne zeven medeleden van het gouvernement der Nationale Verdediging nemen de taak op zich Frankrijk te weer te stellen tegen het gevaar dat groeide met den dag... en in het land waar hij geboren was, in Montélimar en Grignan, vereenigen zich de republikeinen om den jongen advokaat Emile Loubet, dien zij aan het hoofd hunner gemeente plaatsen. Zoo zien wij, terwijl de Republiek toeneemt in kracht, terwijl het zelfvertrouwen bij de natie opnieuw ontwaakt, terwijl Frankrijk zijn plaats onder de groote Mogendheden herwint, den maire van het provinciestadje in het verre Dordogne winnen aan vertrouwen en invloed in de streek waar zijne medeburgers hem kennen. Hij wordt hun afgevaardigde - in Februari 1876 - en van nu aan is zijn politieke loopbaan verzekerd... niet omdat de heer Emile Loubet een intrigant, een eerzuchtige of een roembegeerige is, maar omdat hij alle qualiteiten van een degelijken vooruitstrevenden republikein in zich vereenigt, omdat hij ijverig en bekwaam, eerlijk en ernstig, goedhartig en maathoudend is. Minister, premier, senator, president van den Senaat, altijd toont hij zich man van één stuk, trouw aan de democratisch-republikeinsche beginselen, eerbiedigend iedere eerlijke meening, en bovenal zorgzaam voor de eer en den goeden naam van zijn vaderland. Wat hij als mensch is, als burger in het land zijner geboorte, en hoe hij alweer elders, waardig en beminnelijk Staatshoofd, Frankrijk vertegenwoordigt tegenover andere Staatshoofden, het boek van den heer Avenel leert het ons even goed, even geleidelijk, als hoe vóór hem de gebeurtenissen van belang elkander opvolgden, als hoe Thiers, Mac-Mahon, Jules Grévy, Sadi Carnot, Casimir Périer, Félix Faure het deden als Presidenten der Republiek. Ik noemde dit boek volledig (tot enkele maanden voor het einde van het septenaat van den heer Loubet, want de voorrede werd in October 1905 geschreven); het is dit ook om het groot aantal interessante illustraties en documenten: portretten van historische figuren uit de laatste vijf en dertig jaren, van levende politieke personen, van vorsten, vorstinnen en familieleden van den heer Loubet, afbeeldingen van gebeurtenissen waaraan de President een werkdadig aandeel heeft, ook statistieken van meer of min belangrijke feiten. Het is tevens een daad van patriottische vroomheid, want het leert Frankrijk waardeeren om de goede en groote kwaliteiten van zijn natie.
Parijs, Januari 1906. C. Sn. |
|