De groene linde. Jaargang 2
(1906)– [tijdschrift] Groene Linde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 228]
| |
Ik strek zoo vaak
Naar u mijn armen
En naar u slaak
Ik om erbarmen.
De vlerken van
Mijn ziel slaan open
En roeien dan
Naar u in hopen.
'k Heb hartepijn
In lange nachten
En droomen zijn
Al mijn gedachten.
O, leide uw troost
Mij op mijn wegen
En geef uw kroost
Uw moederzegen.
| |
II.
| |
[pagina 229]
| |
Het is zoo eenig in
Dien tijd van lijden;
Niets kan mijn moeden zin
Nu nog verblijden.
Alleen met al mijn smart
In 't nevelduister....
O, schenk mijn weenend hart
Uw troostgefluister.
23/11/06 | |
III.
| |
[pagina 230]
| |
IV.
|
|